Hondsdagen


Wat zijn dat voor dagen?
De Grote Winkler Prins (7e geheel nieuwe druk, MCMLXXIV): Hondsdagen, oorspronkelijk het tijdvak waarin de ster Sirius, door de Grieken ook Hondsster of Hond van Orion, door de Romeinen Canicula= Hondje genoemd, weer voor het eerst in de ochtendschemering waarneembaar was (dus iets eerder opkwam dan de zon, de zg. heliakische opkomst). Bij de Romeinen vielen de dies caniculares, de hondsdagen, tussen 24 juli en 23 augustus. In de oudheid was deze periode de warmste, droogste en ongezondste tijd van het jaar, zodat het weer zichtbaar worden van de ster Sirius beschouwd werd als voorbode van ziekten. Hoewel door astrologische oorzaken de heliakische opkomst van Sirius thans niet meer in deze periode valt, is de term gebleven; in Nederland en België vallen de hondsdagen tussen 19 juli en 18 augustus.

Voorzichtig met honden
Het gaat dus om een sterrenbeeld, Sirius. Met de gewone huishond heeft deze periode van het jaar niets te maken. Toch vond men dat je niet voorzichtige genoeg kon zijn met honden:

20-7-1846 Weekblad voor Helder en Nieuwediep
BURGEMEESTER en ASSESSOREN der Gemeente Helder, herinneren bij deze, alle belanghebbenden, aan de door den Gemeenteraad vastgestelde en door B&A dezer Gemeente op den 23 Junij 1845 afgekondigde Keure op het vastleggen der HONDEN, luidende als volgt:
Art. 1. Van af den 19 Julij van ieder jaar (als wanneer de Hondsdagen een aanvang nemen) tot en met den 31 Augustus daaraanvolgende en overigens op alle andere tijden, wanneer dit door het Hoofd van het Plaatselijk bestuur, om bijzondere redenen mogt noodig geacht en bevolen worden, zal een ieder wie het ook zij, gehouden zijn, de Honden door hem gehouden wordende, in zijn Huis of op zijn Erf vastteleggen, en wel in dier voege, dat die Honden buiten de gelegenheid zijn op den publieken weg te komen of voorbijgangers te kunnen bereiken.

25-8-1851 WHN De burgemeester en wethouders hebben de hondsdagen tot 31 Aug. verlengd.

Op Texel dacht men er net zo over als in Den Helder, voorzichtigheid voor alles:
B&W Texel 27-7-1853.
5 Voorstel: De Hondsdagen een aanvang genomen hebbende, de voorzigtigheid vordert dat er gelast wordt geene honden los te laten lopen dan voorzien van eenen ijzeren of koperen muilband. Besloten hen tijdens de hondsdagen vastteleggen aan ijzeren kettingen of losloopende voorzien van ijzeren of koperen muilbanden.

Gezond verstand
Of loslopende honden in de periode van de Hondsdagen werkelijk gevaarlijker waren dan anders werd inmiddels betwijfeld. Hondsdolheid kon ook in andere perioden van het jaar optreden, zeker niet alleen als het warm was:
27-7-1865 Heldersche en Nieuwedieper Courant
De maatregelen, die tegen honden te treffen zijn, bestaan slechts dat men bijtachtige honden niet vrij laat rondlopen maar aan de ketting legt en dat men honden, die ziek zijn en daardoor bijtachtig geworden zijn, afgezonderd bewaart en door een erkend veearts laat behandelen. Het opvangen door honden-slagers ligt wel in het belang van deze laatsten, doch niet in het belang van het publiek.
Dit opvangen moet namelijk ten doel hebben, het aantal onbeheerde honden te verminderen. Zoo men weet, de vrij levende honden veel minder voor ziekten en in het bijzonder veel minder voor hondsdolheid gepredisponeerd zijn dan kamer- en kettinghonden. In de steden van het Oosten zijn er een verschrikkelijk aantal onbeheerde honden en juist daar is de dolheid onbekend; een bewijs alweder, dat de hitte ten tijde der zoogenaamde hondsdagen geene voorwaarde is voor het ontstaan der ziekte, terwijl zich in het koude Rusland deze ziekte meermalen vertoont!
In het vervolg zal men daarom ook minder draconische maatregelen tegen de honden behoeven te nemen, wanneer slechts eerst de vrees voor de hondsdolheid zal verdwenen zijn.
(Schat der Gezondheid, Julij-aflevering)

Waar fanatieke vervolging van honden tot kon leiden:
Het geloof aan de gevaarlijkheid van honden tijdens de Hondsdagen gold kennelijk niet alleen in Nederland, maar was wereldwijd verspreid..
3-9-1865 HNC In New York wordt aan hen, die gedurende de hondsdagen ongemuilbande honden van de straat opnemen een belooning toegekend van ‘vijftig stuivers’ voor elken hond. Het is ligt begrijpelijk dat de straatjongens maken er jagt op om een zoodanige belooning te erlangen [maar ze ontdoen ook gemuilbande honden van hunne muilbanden].
Sedert den 17 Junij jl zijn niet minder dan 3787 honden aangebragt en doodgeslagen, terwijl er 119 door de eigenaars dier trouwe dieren tegen betaling van geld zijn teruggevorderd.

Toch werd de verordening op Texel gehandhaafd:
Brievenboek van Burgemeester en Secretaris van Texel 28-7-1870
Proces verbaal opgemaakt contra Biem Lap door de Gemeente Texel wegens laten lopen van den hond tijdens de hondsdagen.
Biem Lap gebruikte zijn gezond verstand en dacht het zijne van dit voorschrift.

16-7-1887 Vliegend Blaadje De hondsdagen maakten, naar men vroeger beweerde, het gevaarlijke tijdperk uit, waarin vele honden dol werden. Neen, zeiden anderen, de oorsprong dier benaming, aan zekeren tijd van ’t jaar gegeven, moet elders worden gezocht en wel aan den hemel. Uitleg Sirius enz.

Het oude begrip van wat de Hondsdagen precies inhielden was niet zomaar vergeten:
24-7-1887 HNC De Hondsdagen, de traditionele dagen, van ouds zoodanig bekend, als die viervoeters langs de straat gaan met een half el tong uit hunnen wijdgeopende muilen, doffe droomerige oogen en een slaphangende staart. Precies alsof zij allen eensklaps bij afspraak dol zijn geworden,- was echter maar louter vertooning is, alleen om ons te beduiden dat het nu wezenlijk waar zomer is.

10-8-1887 HNC Veeartsenijkundig Staatstoezicht. Hondsdolheid. In de gemeente Amsterdam, maar ook in eenige andere gemeenten, werden herhaaldelijk, vooral in de zogenaamde hondsdagen, honden onderzocht.



Home