Doctor Ensing



18 December 1866. Bij Dirk den Heer Ensing ontmoet die wel Medisch Doctor op Texel wil worden.

4 April 1867. Doctor J. Ensing hier sedert 19 Maart gelogeerd tot Mei, en zal dan zijn gehuurde kamer betrekken.
Cornelis van der Ploeg is zijn eerste patiënt. Fokke Keyser tweede.

6 April 1867. Met den Heer Ensing op een togt naar de Koog. Wij gingen eerst bij Cornelis van der Ploeg (ziek) daarna bij Klaas Brouwer, vervolgens Neeltje Mulder (kind ziek).

9 April 1867. Langeveld heeft de Albatros nog levende die l.l. zaterdag hier aan de deur vertoond werd (op ’t strand gevangen) en die Ensing had willen koopen.

11 April 1867. Brief Huizinga: De Heer Ensing logeert hier sedert Maart, een zeer aangename huisgenoot. Hij heeft ‘t westelijk zijkamertje in gebruik, maar overdag en des avonds altijd bij ons over de vloer, als ik op de studeerkamer ben is hij ook daar behalve in de gevallen dat ik hem niet gebruiken kan. Hij is zeer gezellig en onderhoudend.

25 April 1867. Ensing wordt geroepen naar de Waal om een kies te trekken van de vrouw van M. Keyser; ‘t lukt niet.

30 April 1867. Doctor J. Ensing is hier sedert 19 Maart gelogeerd, tot 6 Mei om dan zijn gehuurde kamer bij Sipkes, nu nog door den Heer Knap bewoond, te betrekken.

4 Mei 1867. Het kind van Dirk Bakker (aan den Binnenburg) overleden aan een hersenziekte. Des avonds op mijne studeervertrek een ernstig gesprek met Doctor Ensing (die door dat sterven en de droefheid der ouders zeer getroffen was) over datgene wat ons in staat stelt om anderen te vertroosten, n.l. een eigen vast geloof in Gods volmaakte liefde.

4 Juny 1867. Ensing met de stoomboot naar Harlingen om onze logeergasten op te halen, Henriëtte de Geus [zijn verloofde], Grietje van Driessen en Amelia Feenstra.

25 Juny 1867. Dinsdag, des morgens half 10 ure zijn wij uitgewandeld naar de Koog. Boetje en 2 zusters van de Waal idem. Op de Mient bij elkaar gekomen, hier en daar halt gehouden. Op de duinen achter het Hek in de luwte (er woei een frissche wind) ons middagmaal gedaan met brood, wijn, bier, bessenat, water, koek, allerlei versnaperingen. Op het strand gewandeld, Aurelia had maagpijn, een tijd lang in de duinen gerust. Heerlijk zeegezicht. Teruggewandeld. Op de Mient van Boetje afscheid genomen. Wij waren te half 6 ure te huis, ik vrij wat vermoeid. Sina ging met Ensing en Jet op de chais op de weeromreis. Ensing had onze proviand aangebragt op de duinen. Tusschen 1 en 2 uur gedachten wij met ’t glas wijn aan Dirk die toen welligt te Groningen promoveerde in de Philosophie als Doctor. Wij hadden een aangename dag, des avonds vrij wat vermoeid, ik had een weinig hoofdpijn.
[Jet is Henriëtte de Geus, het Meisje van Ensing]

26 January 1868. Ensing als bruidegom gefeliciteerd.

1 February 1868. Brief aan Samuel: Ensing is de bruidegom. Hij zal rond 18 February op reis gaan om zijn examen te doen en dan trouwen.

4 Mei 1868. Koosje heeft vanmorgen bloed opgegeven. Sina naar Ensing daarover, zij moet zich van werk enzovoort onthouden.

5 February 1868. Bok [verteld] over hoe hij vroeger het huis, dat Ensing nu vertimmeren zal, gekocht had voor 700 gulden en 1000 daarin [had] vertimmerd.

14 February 1868. Verjaring Dominee Boetje (27), aldaar Ensing, die des morgens ook bij ons was geweest om afscheid te nemen daar hij morgen op reis ging naar Groningen om te trouwen (vooraf examen).

26 February 1868. Sina, Katrina, Margo en Rina enz. des namiddags bij Sipkes de kamer van Ensing versierd.

27 February 1868. Donderdag. Des voormiddags even Ensing en vrouw verwelkomd. Hijzelf niet thuis. Zij zijn vanmorgen aangekomen. Ensing was laatstleden maandag gepromoveerd, dingsdags getrouwd en toen op reis gegaan. De kamer boven bij Sipkes [is] met vlaggen en groen netjes versierd.
De Meisjes [hebben] vanmiddag alles weer afgenomen.

1 April 1868. Wij des avonds bij Ensing met Boetje en zuster.

11 April 1868. Menno met Sientje bij Ensing (Menno was zo ziek geweest dat Ensing er bij was gehaald).

3 Mei 1868. Wieringa wil Ensing zijn pas ontvangen inhalatietoestel laten goedkeuren.

7 Mei 1868. Ensing wil niet langer practiseren bij Cornelis A. Eelman (Kievit) wijl de moeder altijd zoo veel praatjes heeft.

21 Mei 1868. Hemelsvaartdag. Ik ontmoet op de Steenen Plaats Ensing, die naar mij wilde, wijl hij verlegen was hoe hij aan zijne vrouw het pas ontvangen telegram van de dood harer zuster Köster-Henke zou geven. Wij spraken al wandelend veel daarover.

22 Mei 1868. Ik [ging] onder het koffij drinken even naar Ensing en vrouw. Hij had haar juist het doodsberigt medegedeeld. Zij was eerst zeer ontsteld, doch bedaarde aldra onder het spreken.

14 Juny 1868. Des avonds Margo en Rina en Ensing en vrouw bij ons boterham gegeten.

16 Juny 1868. Sina was met Margo en Rina bij Ensing en vrouw, ik aldaar ook boterham gegeten.

24 Juny 1868. Ensing komt hier. Hij is de eerste aan wien ik het [verloving van Bakels en Fokel] vertel.

12 July 1868. Ik even bij Ensing jufvrouw Meta de Geus verwelkomd.

15 July 1868. Ensing was gister te Alkmaar geweest om voor de Regtbank te getuigen in zake van Pietje Kooiman (kindermoord), hij was te laat gekomen aan ’t spoor. De zitting eerst eenige uren later gehouden.

16 July 1868. Doctor Ensing hier, brengt dekglaasjes voor ‘t mikroskopiseren van Dirk en Menno. [Hij] spreekt over de noodzakelijkheid om de ziekenhuizen te ontsmetten door carbolzuur.

21 July 1868. Dagtocht naar Akyab met groot gezelschap. De vrouw van Ensing was toornig en bedroefd. Ik bij Ensing in de wagen.

2 Augustus 1868. Ik te Oosterend bij [Dominee] Buisman vertoefd. Hij is zeer verontwaardigd over de behandeling door mevrouw Ensing hem en zijne vrienden Fehre en Holkema (na de reis van Akyab) aangedaan. Zij had hem beschuldigt van een gedrag dat in ’t bijzijn van dames niet voegt. Hij was zich niets kwaads bewust en verlangde in alle gevalle van haar geene aanmerkingen.
Mevrouw Ensing en zuster hier.

3 Augustus 1868. Dirk met Ensing rijdende naar Oosterend.

7 Augustus 1868. Ik bij Ensing.

12 Augustus 1868. Buisman des avonds met Ensing hier boterham gegeten.

14 Augustus 1868. Wij met ons allen des avonds naar Vrendenberg en daar genoeglijk de avond gepasseerd met Ensing (vrouw niet wel, weggegaan), zuster en tante.

19 Augustus 1868. Wij des avonds bij Simon Keyser, wij met 6, Ensing met 3, Loman en vrouw en jufvrouw Dijksen. Muzijk en dans. Te half 4 ure weer naar huis. Zeer genoeglijke avond. Familie Westenberg en mevrouw Ensing om ongesteldheid niet gekomen.

27 Augustus 1868. Bij ons thuis theevisite 22 personen, waaronder Ensing met vrouw, zuster en tante.

13 September 1868. Doortje Heringa hier gelogeerd, [zij is] voor haar ogen onder behandeling van Doctor Ensing. Die woont nu in ‘t huis van Westenberg.

1 October 1868. [Huizinga heeft koorts] Ik zat toen weer op en gevoelde mij beter. Ensing was geweest en had mij kinine voorgeschreven.
2 October 1868. Ik stil te huis, nog wat koortsig, maar toch in staat te lezen. Ensing komt en schrijft mij een drank voor.

5 October 1868. Buisman verhaalt van het vreeselijk uiteinde van de student of doctorandus Braams te Groningen die zich, met gebonden handen en voeten, met steenen bezwaard in het water geworpen had (schulden?). Hij was vrind van Ensing, op wien het veel indruk maakte.

11 October 1868. Bij Ensing. Hij zelf en Dominee Van der Kulk, sedert donderdag geloogeerd, niet thuis.

12 October 1868. Krans bij Wieringa, ook Ensing en Van der Kulk.

5 November 1868. Ik [ben] voor de catechisatie met Ensing naar de Waal gereden. Katrina en Sina daar ook gekomen bij Dominee Bakker, aldaar Leenderts en Buisman en Ensing. Wij daar gegeten (haas). Des avonds met Ensing met de wagen van Jakob Kuiper terug naar den Burg.

30 November 1868. Met Ensing met het rijtuig naar Oosterend, bij Buisman Krans. Ensing en ik te 3 ure weer naar huis.
Volksvoorlezing. Ik des namiddags bij Samuel Vlessing en P. Roeper toegangskaartjes gebragt. Ensing deed de Voorlezing: eenige raadgevingen ter bewaring van de gezondheid. Dit stuk voldeed mij zeer goed.
Meester Muller van het Oude Schild las een stukje voor: Vondel in de Burgemeesterskamer (minder gepast). Loman droeg zeer goed voor eene novelle van Cremer ‘twee Betuwsche boeren op de Amsterdamsche kermis’ (wat zeer veel applaus had).
Daarna koraalgezang met orgelspel door de Koraalvereniging (wat velen ook best voldeed). Eindelijk droeg Meester Brouwer nog een versje voor van Brester ‘de gebroken schaats’. Te 10 ure het einde. De zaal zeer vol.

7 December 1868. Bi Bok. Ensing aldaar. Ik daarna nog een half uur bij Ensing, zijne vrouw onlangs bevallen.

9 December 1868. Ensing en Buisman bij ons.

14 December 1868. Katrina en Sina naar mevrouw Ensing, best in orde.

16 December 1868. Ik met Doctor Ensing uitgeloopen, bij hem aan huis vertoefd, de kraamvrouw toegesproken (en haar moeder).

3 January 1869. Dominee Bakker hier, hij [gaat] des avonds op het feest bij Ensing, doopmaal.

6 January 1869. Doortje Heringa met Katrina naar de kerk van Vrendenberg, doop van Ensings kind. Doortje en Katrina waren niets gesticht door die orthodoxe voorbereidingspreek van Vrendenberg.

11 January 1869. Krans bij Dominee Bakker aan de Waal. Toen Vrendenberg, Termeulen en ik reeds zouden heengaan komt Ensing en vraagt aan Vrendenberg (wat allen wisten dat gebeuren zou) of hij die toespraak van laatstleden woensdagavond bij het doopen van zijn kind moest aanmerken als eene savoonade voor hem, en waarmede hij die verdiend had. Vrendenberg spreekt hem ernstig toe, zegt dat hij niet anders dan gewoonlijk heeft gesproken, enz. Er blijft echter spanning.

13 January 1869. Des avonds koffij gedronken bij Vrendenberg met Buisman, Bakker, Heringa, Westenberg. De laatste kwam Vrendenberg verzoeken te verklaren dat hij het niet geweest was die aan Vrendenberg gezegd had laatstleden zondagavond dat Ensing hem over zijn toespraak bij den doop wilde onderhouden.

18 January 1869. Des voormiddags Krans bij Ensing (overgenomen van Wieringa). Vrendenberg komt ook aldaar, waartoe ik vooraf ernstig had aangemaand.

25 January 1869. Volksvoorlezing in de Kikkert, zeer vol, genoeglijke avond. Loman [deed] voorlezing: ‘Ondervinding de beste leermeester’. Het tegenovergestelde beweerd als paradox, tenslotte gewaarschuwd tegen eenzijdige opvattingen. Een met zorg bewerkt stuk, maar niet voor allen duidelijk.
Ensing over de spijsverteering. Zeer goed. Stikkel voorlezing van Van Sandwijk over de Vrolijkheid, uitmuntend voorgedragen. Petersen over de middelen tegen kiespijn.

22 February 1869. Na de Nutsvergadering kwamen Buisman en Ensing. De laatste bleef hier tot half 2 praten.

23 February 1869. Vanmiddag had een treurig geval plaats, de Heer Jacob Vis van Zaandijk kwam bij zijn gewone Texelsche reis als graankooper (zoo ik meen compagnon van P. Langeveld), uit de boot komende was de diligence naar den Burg vol, hij besloot dus te wandelen. Onderweg voelt hij zich ongesteld, gaat bij Jan Zegel in met het verzoek dat die hem met rijtuig naar den Burg zal brengen, en zakt in elkaar en is een lijk. Men stuurt onmiddelijk naar Doctor Ensing en P. Langeveld. Doch er was niets meer aan te doen. Weldra bragt de Heer Koorn het lijk aan de Burg bij zijn grootvader Langeveld. Bok was er vanmiddag geweest, de oude heer was diep ontroerd en schreide als een kind. Men heeft aan dominee Boetje getelegraveerd of die het voorzigtig aan de familie bekend wilde maken.
24 februari 1869. Veel gesprekken overal over den gister zoo plotseling overleden Heer Vis wiens lijk vanmorgen naar de Zaan was gebragt.

17 Maart 1869. Sina’s verjaardag, o.a. bezoek van Ensing.

6 April 1869. Menno door examen. Ensing komt feleciteeren.

10 April 1869. Ik ben nog altijd zeer verkouden en moet vrij wat hoesten. Ensing laten komen, die mij pillen voorschrijft.

12 April 1869. Teruggereden van de Krans bij Heringa met Ensing.

17 April 1869. Ensing des morgens hier. Hij wilde aan Dirk schrijven. Ik sluit een brief bij hem in.

2 Mei 1869. Katrina en Sina gaan naar Ensing. Ensing komt vervolgens mij en Cornelis Keyser, die bij mij was, ook uitnoodigen. Wij voldoen daaraan. Ik met de Meisjes bij Ensing blijven boterham eten.
Ensing zegt dat de familie Bok wel gaarne wil uitgaan als zij maar genoodigd wordt, maar niemand vraagt ze, [daarom vraagt Huizinga ze op 10 Mei, “vooral naar aanleiding van een gesprek bij Ensing”] zoo het heette om de nieuwe meubels te zien. Het scheen dan ook dat onze uitnoodiging zeer welkom was. Den ouden Heer was eerst wat afgetrokken maar later goed vlug, en wij bragten den avond genoeglijk door.

21 Mei 1869. Ik naar Ensing, hij niet thuis. Jet gefeliciteerd met haar verjaardag laatstleden dingsdag.

22 Mei 1869. Boetje is nog zeer heesch. Hij roept Ensing, deze onderzoekt zijne keel met de keelspiegel. Hij vindt baat bij de inhalator.

23 Mei 1869. Boetje heeft zeer weinig stem, maar besluit toch te wagen den preekstoel te beklimmen.

6 July 1869. Katrina verjaart, bezoek o.a. Ensing en vrouw.

7 July 1869. Dirk vanmiddag met Ensing naar Cocksdorp en Oosterend geweest.

9 July 1869. Brief aan Samuel: Dirk doet soms een tochtje met Ensing en Holkema (op Terschelling bekend als “de zoon van Holloway” om kruiden te zoeken), is nu nog op Ameland en komt later weer op Texel.

12 July 1869. Loman was zoodanig met het lot van den Wonderdoctor begaan, dat hij hem niet wilde vervolgen, schoon Ensing hem had aangeklaagd om de [ongediplomeerde] uitoefening der Geneeskunst.

13 July 1869. Dirk en Koos zouden met Ensing en vrouw naar Cocksdorp naar Koning en vrouw, volgens afspraak van verleden week. De reis had eerst des namiddags voortgang.

15 July 1869. Dirk met Ensing naar Buisman en Fehre te Oosterend te eten, des avonds half 10 terug.

17 July 1869. Ik den geheelen dag zeer lusteloos, bijkans niets gebruikt. Ensing hier des voormiddags koffij gedronken.

18 July 1869. Mijn koorts heeft zich na het gebruik van kinine niet herhaald.

22 July 1869. Dirk des avonds bij Ensing tot half 3.

1 Augustus 1869. Des avonds op uitnoodiging Ensing (zijn vrouw nog steeds in Groningen), Holkema, Bakels en zuster, en de candidaat Boeke (Fokel ook eenigen tijd bij Katrina, deze was vannacht ongesteld geworden en moest weder naar bed).

7 September 1869. Des avonds bij Ensing, aldaar Wieringa, Bakels en Boetje.

13 September 1869. Bij Doctor Ensing en vrouw, aldaar de Advocaat Van Blom uit Dragten, de Ontvanger Eschauzier en later ook Loman.
Gister was Ensing hier. Hij was zaterdag met zijne vrouw van Groningen gekomen. Brand in de goederenwagon, zijn geliefde fraaije hond daarbij verbrand, en [ook] de koffers van Bruno Bok en vrouw, uit Leeuwarden teruggekeerd.

3 October 1869. Katrina vanavond bij Jet Ensing. Sina moest om pijn in de mond te huis blijven. Doctor Ensing hier. Gesprek over het Voorlezen bij begrafenissen, dat hij zeer afkeurt zoo als het door Biersteker geschiedt, over het Kerkelijk trouwen, enz.

6 October 1869. Des avonds hadden Katrina en Sina hier damesvisite: Pauline, Johanna, Henriëtte Bok, Jet Ensing, Kitty v/d Kulk, Marianne Bakker. Een zeer vervelende visite.

18 October 1869. Nutsvergadering. Ik neem voor ’t eerst weder zitting bij de bestuurders. S.Keyser Praesident. Ensing doet de Redevoering, behelzende eenige aanmerkingen op de inrigting onzer begrafenissen (hij was laatst op de begrafenis van Hendrik Langeveld geweest en had zich daar onder de Voorleezing van Biersteker, de omroeper, vrij wat verveeld). Hij wilde waarheid en hartelijkheid, uitdrukking van diep gevoel, opwekking om in alles waar te zin was zijne toepassing in een aantal bijdragen.
Wassenaar ‘Hou en trou’, Glijnis ‘Geschiedenis van een waterdroppel’, Goudoever ‘Floris de XI op Elzenstein’, uitmuntend uit zijn hoofd voorgedragen. Voorts gesprekken over de oprigting van een Bewaarschool (door mij uitgelokt). Ik zoude misschien daarover eens een bepaald voorstel doen. Er scheen echter niet veel sympathie voor te zijn. Men zag op tegen de kosten. Voorts over de Leesbibliotheek, waarvan Ensing verbetering wilde. Meester Brouwer wordt eenigzins heftig tegen hem. Ook ik verlang dat de Catalogus en Regelement gedrukt worde. Niets besloten.

3 November 1869. Des morgens Ensing hier, had aan Kee een kies getrokken.
Doortje Heringa had voor 1868 en 1869 een rekening van Ensing gekregen van 150 gulden die echter naar tarief wel meer dan 175 gulden had kunnen zijn. Zij, vooral haar moeder, was daarover eerst zeer verstoord geweest, vooral wijl zijn werk niets gebaat had. Later toonde zij zich echter na een krassen brief van Ensing bevredigd.
Ensing zeide niet van plan te wezen om zich aan het voorstel van Sikkes te onderwerpen om de Dominees gratis te behandelen, wijl hij voor een huisgezin moest zorgen. Hij verhaalde mij hoe hij zich nu bijzonder toelegde op de genezing van oor -en keelziekten, vertoonde mij boeken en werktuigen daartoe betrekkelijk en wees mij ‘t gebruik daarvan aan. Hij hoopte mij later ook nog eens van mijn hardhoorigheid af te helpen.

8 November 1869. Collega Bakker komt van Amsterdam terug, vervolgens kwam het gesprek op mevrouw Ensing, die hij zeer hard viel als hebbende zijne vrouw zeer beleedigd door de aangeboden hand te weigeren (bij Bok). Ensing had hem gezegd dat hij, om meer conversatie te krijgen, de menschen eens bij zich moest noodigen. Maar Ensing wist niet hoe het behoorde. De menschen moesten hem komen opzoeken. Ik zeide dat hij niet in Amsterdam moest vernemen hoe het hier behoorde, maar hier op de plaats zelve. Wij konden het niet eens worden.

9 November 1869. Afscheid van Dominee Heringa, onder andere Ensing. Tezamen 18 personen.

22 November 1869. Krans bij Vrendenberg. Heringa en Doortje en Bakels hier gegeten.
Nutsvergadering. Collega Bakker doet de Voorlezing: Karakterschetsen vaqn eenige personen uit zijn portretalbum. Het voldeed niet bijzonder noch aan ons noch aan Ensing of de Keysers enz. Loman las voor eene novelle van Cremer ‘De regte Jozef’ dat goed voldeed. Ensing las voor een stuk uit het Vaderland: ‘Vriend en vijand’ (over schimmelplanten) met enkele aanmerkingen van hemzelve. Ik las voor uit de Volksbode 1851 een stukje getiteld ‘Geld, geld!’ en een stukje van het 1-cents Volksblad over spaarzaamheid. De vergadering was zeer talrijk. Alle praedikanten waren aanwezig, behalve Riet en Heringa. Ook dominee Jan J.Bakker en dominee v.d Meulen van Niedorp. Bij ons bleven boterham eten Jan Bakker en Doortje Heringa, Bakels en zuster.

25 November 1869. Ensing en Buisman (bij hem geloogeerd) [hebben] van 8 tot 10 uur bij mij genoeglijk zitten praten.

3 December 1869. Des avonds Ensing hier.

20 December 1869. Des voormiddags Ensing hier.
Nutsvergadering. Bakels doet de Voorleezing over de vrouw in ’t Maatschappelijk leven (in gesprekken) zeer goed voldaan. Peter Lens leest een lang stuk voor van Halbertsma ‘De lotgevallen van den jichtigen Pijbe’, Cornelis Pietersz Keyser een versje van De Genestet, Ments een dichtstuk van Feith. Ik las voor uit Volksbode 1843 het eerste gedeelte van ‘Onder de asch des tijds opgerakelde vernufts-vonken’. Zeer talrijke vergadering. 5 leden en begunstigers aangenomen. S. Keyser praesideert zeer goed.

22 December 1869. Het komt ons voor, dat Ensing de familie Bok zeer goed op de hoogte houdt van alles wat ons betreft en wat hij hier verneemt. Zoo scheen Bok ook al mijne bezorgdheid over Menno gedeeld te hebben.

27 December 1869. Des voormiddags Ensing hier.

30 December 1869. Menno even naar Ensing.

1 January 1870. De laatste [nieuwjaarsbezoeker] was Ensing.

5 January 1870. Ziekenbezoek aan de Waal. Ik nog even bij Bakker. Daar hij met vrouw en zuster op avondbezoek moest naar Ensing, zoo reed ik met hem naar den Burg.

10 January 1870. Krans, onder andere Buisman, de laatste blijft hier den dag passeren, genoeglijk. Des avonds Ensing. Buisman gaat met Ensing naar Loman, een partijtje maken.

16 January 1870. Ik des avonds bij den Heer Bok, aldaar Ensing en vrouw en Bruno en vrouw, genoeglijk een paar uur doorgebragt.

17 January 1870. Nutsvergadering. Overvolle zaal. Buisman deed de Redevoering: ‘Eene wandeling langs de haven’. Hij stond stil bij de schepen en beredeneerde de naambordjes, bijvoorbeeld “10 Gezusters”, “Eendragt”, “Zeelust”, enz. Zijne voordragt voldeed zeer goed. Daarna Stikkel, voorlezing van een komische verhandeling over de Fransche Heerschappij 1789-1813. Stuk zeer goed maar te lang. Daarna Bakels ‘De arme visschers’ van De Genestet. Vrij goed. Toen Van Goudoever, een verhaal van Emile Scuvertu, een dichter die de wezenlijke waarden eens mensch in een landman van een stug voorkomen in zijn huisgezin leert opmerken in zijn liefde voor een misvormd kind en een oude blinde hond. Mij uitstekend bevallen. Vooraf nog Buisman een stuk van Ten Kate’s ‘Schepping’. Oorsprong van wind, onweer enz. Den Heer S. Keyser opende en sloot de Vergadering met eene voortreffelijke toespraak die sterk werd toegejuicht. ’t Was een genoeglijk samenzijn.
Na de Nutsvergadering souper bij den Heer Bruno Bok en vrouw, Katrina en Sina, Ensing en vrouw, Buisman, S. Keyser, Margo en Rins en Christina Lulofs, die te 12 ure vertrok.

15 February 1870. Ensing hier en Vrendenberg.

21 February 1870. Des avonds bij Ensing, zijne vrouw ziek.

1 Maart 1870. Nu is Sina zwaar verkouden. Zij was van de week dikwijls bij Jet Ensing, die vrij ongesteld is.

7 Maart 1870. Buisman des avonds, ook Sina naar een feest bij den Heer S. Keyser, waar onder anderen ook Ensing zoude komen.

14 Maart 1870. Nutsvergadering. Ensing Redevoering over de Vrijheid, wat zij niet en wel moest zijn met toepassing op ’t Staatkundige- Godsdienst- Maatschappelijk leven (Emancipatie der Vrouw) enz. Vele schoone gedachten en uitdrukkingen daarin. Wassenaar een bijdrage voorlezing van eene Novelle van Hoek ‘Het Collateraal’. Veel menschen zijn ontevreden dat zij bij het verkrijgen van zeer groot goed niet alles kunnen genieten. Het verkeerde daarvan aangetoond. Het stuk wel mooi maar door eene stijve voordragt maakte het niet veel indruk. Langzaam, afgemeten. Ensing sprak daarentegen veel te rad. Loman reciteerde zeer gevoelig en treffend “Het haantje van de Toren” door De Genestet. Bakels (uit Genestet) ‘Antonius’, ik een stukje uit de Volksbode ‘Dat kan te pas komen’. Er was veel minder volk dan de vorige keer. De sluitingsrede van de voorzitter S. Keyser was er echter niet korter om.

17 Maart 1870. Verjaardag Sina, bezoek o.a. van Ensing.

21 Maart 1870. Ensing vertelde hoe hij de vrouw van Thijs Ran in 14 dagen geheel hersteld had van een geheel scheef en verdraaid gezigt door haar gedurig te electriseren.

25 Maart 1870. Des namiddags Sina bij Jet Ensing om gezamelijk kinderjurkjes te naaijen voor Koos. Ik de avonds half 9 ook derwaarts en de avond genoeglijk bij Ensing doorgebragt. Ik bragt hem de Gids Maart 1870, waarin het stuk van Dirk over Voedingsleer.

28 Maart 1870. Krans bij Wassenaar, o.a. Ensing.

31 Maart 1870. Sina vanavond bezoek afgelegd bij Ensing enz, de avond doorgebragt bij Bok.

4 April 1870. Mevrouw Ensing was vanmiddag bij Sina gekomen.

11 April 1870. Krans bij Bakels, aldaar Wassenaar en Wieringa en vrouw, later ook Ensing. Vrendenberg reed met dezen terug. Ik bleef met de overigen boterham eten en wij passeerden den avond genoeglijk. Ruim 12 ure waren wij weder te huis.

12 April 1870. Des morgens Ensing hier. Hij was vannacht bij de vrouw van collega Bakker geweest.

23 April 1870. Sina heeft sedert 14 dagen pijn in de rug, zoodat wij Ensing te hulp hebben moeten roepen, bloedzuigers, Spaansche vliegen. ’t Is nu wat beter.

2 Mei 1870. Krans bij Wassenaar aan ’t Oude Schild, aldaar Buisman en Bakker en vervolgens ook Bakels en Wieringa. Deze 2 en Willem Westenberg kwamen per VLET buitenom van den Hoorn. Fokel kwam eerst. Men had haar weer aan land moeten zetten omdat zij het gevaarlijke van de togt inzag. Zij kwam dus loopende. Ook Ensing kwam, ik reed met deze terug.

15 Mei 1870. Bij Ensing.

19 Mei 1870. Ik toen naar Ensing (waar Katrina en Sina reeds vroeger heengegaan waren), zijne verjaardag.

2 Juny 1870. Katrina aan de Waal, kwam nog even te huis daar zij om Doctor Ensing was geweest om dien bij Marianne te halen die radeloos was van pijn in de zwerende borst. Ensing niet te huis. Katrina daarover zeer verontwaardigd.
Ensing des avonds nog even hier om mij te feliciteeren met de bevalling van Koos.

3 Juny 1870. [Ensing op verjaardag Huizinga], des namiddags zijn vrouw met het kind.

9 Juny 1870. Even bij Ensing, niet thuis.

12 Juny 1870. Des namiddags Ensing en vrouw hier.

17 Juny 1870. De logeergasten visites gemaakt, o.a. bij Ensing.

20 Juny 1870. Doctor Ensing hier. Gesprek over de dood van Holkema. Hij erkent dat hij zijn ligchaam teveel verwaarloosd heeft.

23 Juny 1870. Te 5 ure alle de Meisjes met Jet Ensing met de wagen van J.C. Bakker naar het Oude Schild gereden. Ik met Ensing daarheen geloopen. Bij Wassenaar (op uitnoodiging) op de thee en aldaar de avond verder genoeglijk gepasseerd. Ensing verhaalt hoe hij over Janssonius aan zijn vader aan de Andel geschreven heeft om ondersteuning, wijl hij zich thans goed houdt, maar niets verdient en zeer arm is. Men hoopt dat hij nog weer eens een predikantsplaats zal kunnen verkrijgen.

27 Juny 1870. Sina was zoo even met zware hoofdpijn naar bed gegaan. Zij was koortsig den geheelen nacht en morgen, en moest ook vandaag het bed houden. De logeergasten doen mede zooveel mogelijk tot hare oppassing. Daar Doctor Ensing vanmorgen op reis is gegaan voor een dag of 5, zoo roepen wij tegen de avond P. Stiggelbout, die oordeelde dat het wel spoedig gaan zou.

28 Juny 1870. Jet Ensing hier. Zij wil de Meisjes morgen bij zich hebben.

29 Juny 1870. Mijn gezin was bij Jet Ensing gevraagd. Die stelde voor om gezamenlijk naar de Komedie in de Kikkert te gaan en daar jufvrouw Beersmans te horen spelen, onder geleide van Bruno Bok en Wichers.

3 July 1870. Des voormiddags Jet Ensing hier.

25 July 1870. Mevrouw Ensing die zaterdag ging vertrekken naar Groningen (op bezoek).

31 July 1870. Des voormiddags Ensing hier. De oude Bok was zaterdagnacht te huis gekomen. Zijn vrouw had hem de treurige tijding medegedeeld (vlucht van Willem naar Engeland). Bok wilde niet dat er nog over gesproken werd. Hij had met Ensing druk gesproken over de Oorlog enz.

2 Augustus 1870. Ensing hier des middags gegeten. Des namiddags hier de familie Bakels (en vrouw en moeder en zuster Mina) hier thee gedronken (en Ensing die Buisman bij zich gelogeerd had en dus met dezen hier thee dronk) en de avond gepasseerd tot 12 à half 1 uur. Ik was blijde dat ik om 1 uur ter ruste kon, terwijl Boetje en Samuel nog met Ensing en Buisman waren uitgegaan.

24 Augustus 1870. Ik des avonds bij Doctor Ensing. Deze was vandaag weer naar de Wieringerwaard geweest in consult bij Koorn. Zijn vrouw was laatstleden zaterdag uit Groningen teruggekomen. Ik [heb] haar verwelkomd. Zij getuigde zeer gunstig van de kleine Jakob en zijn ouders.

30 Augustus 1870. Des avonds Jet Ensing bij ons en Dominee Bakker. Later kwam Ensing zelf bij mij mede boterham eten.

4 September 1870. Katrina, Sina en Menke en ik des avond verder genoeglijk doorgebragt bij Ensing (op uitnoodiging).

5 September 1870. Krans bij Bakker, ook voor korten tijd Ensing.

16 September 1870. Ensing vanavond met mij naar huis.

19 September 1870. Des avonds Ensing en vrouw bij ons boterham gegeten.

25 September 1870. Ensing bragt een brief ter lezing van Ankum uit Groningen over de soepkokerij, welke wij hier ook zouden willen invoeren.

5 October 1870. Ik vooraf naar Oosterend bij Sijbrand Dijksen en vrouw, die hun lief kindje van 11 weken verloren hadden. Hij zelf ook ziek. Aldaar Ensing.
Ik te 8 ure thuis, bij ons Loman en Ensing om te spreken over de soepkokerij voor de armen van Texel. Wij konden echter niet tot een besluit komen.

10 October 1870. Nutsvergadering. Redevoering van Bakels (het leven, eene spoorwegreis) voldeed algemeen. Wassenaar droeg een versje voor van Tollens ‘Morgen’. Ik las een stukje (Pauperisme) uit de Nederlansche Volksbode 1848 en Aphorismen van H. de Veer uit de Goede Raadgever 1860. Ensing las een opstel voor over de schilderkunst, leven van Rembrandt, enz.

12 October 1870. Bij Dirk Roeper, zijn dochter Vrouwtje, 17 jaar oud, overleden, aldaar ook Doctor Ensing. Gister hadden wij de moeder begraven.
Ik des avonds bij Doctor Ensing, aldaar Vrendenberg en Loman, nog eens weer, evenals laatstleden woensdag bij mij, de zaak besproken der verschaffing van spijs of werk aan de armen in de winter. Het resultaat bleef echter dat wij niet wel inzagen er iets aan te kunnen doen. Loman verlangde en wilde er steeds op aandringen dat de boeren meer geld op hun land zouden laten verdienen, waardoor het eens zoo veel kon opbrengen.
Wij bleven bij Ensing boterham eten.

19 October 1870. Woensdag. Des voormiddags Buisman hier (bij Ensing gelogeerd).
Katrina en Sina des avonds bij Jet Ensing, aldaar Margo en Rina, en Lina Bok. Katrina beklaagde zich dat zij zich op die gezelschappen zoo verveelde en zelve vervelend was.

2 November1870. Jet Ensing hier. Zij wist al van ‘t beroep van Bakker, ook dat hij ‘t zou aannemen en nog van ‘t winter vertrekken.

25 October 1870. De Meisjes waren op avondvisite bij den Heer Simon Keyser, aldaar Bok jr. en Ensing en Schippers. Zij kwamen tegen 3 uur in de morgen te huis.

25 November 1870. Sina is sedert woensdagavond aan den Hoorn tot gezelschap van Fokel die ongesteld is t.g.v. schrik, en reeds 7 dagen volstrekt geen eten kan inhouden. Zij was hier eergister om naar Ensing te gaan.

28 November 1870. Des avonds collega Bakker nog even hier (om naar de Komedie in de Kikkert te gaan met Ensing enz).

30 November 1870. Sina met de logeé Cornelia van A. van Deursen visites gemaakt bij Ensing enz.

2 December 1870. Ensing hier, hij bespreekt een plan om de Volksvoorlezingen in een volgend jaar geheel anders in te rigten door voor een serie van 5 lezingen sprekers te noodigen, waartoe men toegang zou hebbem door contributie.

9 December 1870. Katrina en Sina en ik des avonds bij Ensing (Geertrui jarig).

11 December 1870. Ik des avonds visite gemaakt bij den Heer Bok, aldaar Ensing en vrouw en anderen.Gesprekken over oorlog, armoede, werkverschaffing enz. Toen zij een partijtje zouden gaan maken ging ik heen om niet te storen.

12 December 1870. Nutsvergadering. Redevoering van Stikkel over de afkeer van het leedige, leedige magen, hoofd, harten, hij voldeed mij zeer goed. Of ’t werk van hemzelf was, zoo als het scheen, weet ik niet. Bakels had de bijdrage ‘levensbeschouwing van Charles Dickens’, waarmede hij elk met hooge belang-stelling in den grooten schrijver moest vervullen. Met zeer veel genoegen gehoord. Toevallig was aanwezig den Heer Nieuwenhuis uit Amsterdam, koopman. Op verzoek van Ensing en Loman en S.Keyser die hem kenden reciteerde hij ‘het kind van de arme’ van Van Beers. Zeer goed.

14 December 1870. Ensing hier om Sina die een dikke wang heeft met kiespijn. Zij moet smeeren en met saliewater spoelen.

19 January 1871. Bakels en Fokel des avonds naar Bok en Ensing.

23 January 1871. Des avonds Jet Ensing bij ons, des avonds Ensing bij ons boterham gegeten.

31 January 1871. Bij ons Jet Ensing en Bakker en Buisman theegedronken.

6 February 1871. Des avonds Nutsvergadering. Ensing redevoering, aanteekeningen uit eene verhandeling van Visscher over het bijgeloof en de Geneeskunde. Hij handelde daarbij ook over het dierlijk magnatismus.
Muller van het Oude Schild las een vers voor van Van den Berg (stijve voordragt). Daarna uitvoerig besproken de INRIGTING der Volksvoorleezingen voor het vervolg. Voortaan zullen de leden 2 kaartjes ontvangen. Begunstigers geene. Voor de Volksvoorleezing kan men teekenen voor 1 gulden, voor enkele 50 cents. Ensing praesideerde daarbij zeer goed.
Bakels en Wassenaar en vrouw en Muller bij ons boterham gegeten.

8 February 1871. Ensing verjaart. Katrina des voormiddags daarheen.

9 February 1871. Des avonds Bakels een uurtje hier les gegeven aan Katrina. Hij ging met Ensing en Bok op een partijtje bij Buisman.

12 February 1871. Bij Ensing. Hij was de 9de jarig geweest. Ik bleef er de avond. Hij was druk aan een fraaij teekenwerk, een Schotsch jonkman met 2 poneys. Hij had van zijn vrouw een gouden bril gekregen.

13 February 1871. Krans bij Ensing, aldaar Wassenaar, Buisman, Bakker en Vrendenberg.

21 February 1871. Van Wieringa hebben wij vernomen dat Martinus Wentink met de pokken in ‘t Hospitaal ligt in den Haag, maar nu betert. Ik heb aan Dirk geschreven om pokstof, want Ensing had ze niet.

1 Maart 1871. Bij ons werd ook jufvrouw List en hare zuster Jantje Plavier ingeënt.
Afscheidsfeest van Dominee Bakker van de Waal. De toasters zeiden niet veel, maar verleden maandagavond toen de families Bok, Ensing, Buisman en Vriesendorp er geweest waren, was er geen toast geweest, zooals Ensing mij vanmorgen zeide, toen hij hier was om mij en Sina (Katrina was naar den Hoorn) te vaccineren met stof die hij gisteravond van Doctor Folkertsma uit Groningen (op mijn verzoek aan Dirk) gekregen had.

2 Maart 1871. Nu allen gevaccineerd door Ensing.

8 Maart 1871. Muziekavond bij den Heer Bok, zang van Ensing, exquise maaltijd.

3 April 1871. Ensing en Buisman nog eens hier om een stuk voor het Theologisch tijdschrift te brengen.

21 April 1871. Des avonds hier bij de Meisjes Jet Ensing en mevrouw Vriesendorp en zuster, die belet gevraagd hadden.

4 Mei 1871. Ik heden avond op uitnoodiging met den ouden Heer Bok bij Ensing, aldaar boterham gegeten.

22 Mei 1871. Wij beiden (dominee Van der Linden van Krommenie) met Ensing met de kar naar de Waal, kerk en pastorie bezien. J. v.d. Linden reed verder met Ensing naar Buisman in Oosterend.
Vrendenberg bij ons, met hem gewandeld naar Oude Schild.
Domineeskrans bij Wassenaar, Katrina en Sina, Ensing en vrouw ook mede, aldaar Wieringa, Bakels, Buisman. Allen te zamen terug naar den Burg.

7 Juny 1871. Ik was vannacht niet wel geworden, braaklustig, was den geheelen dag zonder lust tot eten, rooken, werken.
8 Juny 1871. Ik nog onwel.
9 Juny 1871. Ik nog altijd zeer onlustig. Vanmorgen Ensing hier (zeker op bestel van Sina). Hij schreef mij een drankje voor. Deelde mede dat een geval van pokziekte zich aan den Hoorn voordeed bij een zoon van Biem Lap, waarheen hij thans gaan zou om de noodige maatregelen van afzondering enz. te nemen.
10 Juny 1871. Ik nog steeds lusteloos, doch begon weer wat meer te eten. ‘s Avonds vrij laat Ensing hier, schrijft mij en nieuwe drank voor. Ik ben nu weer zoo goed als hersteld.

11 Juny1871. Des avonds Doctor Ensing hier, zeer belangrijk gesprek, wat wij beklaagden dat door de komst van Sijbrand Jans Keyser en Jakob Kooger werd afgebroken. Ensing verklaarde dat hij onlangs in gesprek met Buisman en Wassenaar het beschuldigend vermoeden ernstig had afgewezen dat hij Ensing materialist zoude zijn. Hij zeide zeldzaam en ongaarne voor zijne denkwijze uit te komen, maar dat hij wel degelijk geloofde aan een opperste oorzaak aller dingen, magtig, wijs en goed, de liefde zelve! In lateren tijd, langzamerhand meer, was die overtuiging bij hem levendig geworden. Hij meende echter dat het welhaast onmogelijk was dat er eigenlijk gezegde materialisten konden bestaan. Ik verhaalde de geschiedeis van het uiteinde van een Doctor in Assen (Meemeling). Wij spraken over de noodzakelijkheid om zich door onderlinge gesprekken in zijne heiligste overtuigingen te versterken.
Ensing zeide dat hij daarom minder gaarne over zijne heiligste overtuiging sprak, omdat hij slechts zoo zelden iemand ontmoette aan wien hij zich in dezen gaarne overgaf, bijvoorbeeld niet aan Buisman. Onlangs had hij met Bakels ernstig gesproken over de vraag: Wat is toch eigenlijk Moderne Theologie? waarvan hij in waarheid nog geen regt begrip had, hoewel hij onder de Modernen gerekend wilde worden.

17 Juny 1871. Des voormiddags mevrouw Ensing hier om afscheid te nemen, [zij gaat] op reis naar Groningen voor 9 weken (zij neemt een staal behangselpapier mede in hope dat dit in Groningen verkrijgbaar mag zijn). Des avonds Doctor Ensing afscheid genoemen. Hij gaat morgen over Amsterdam naar Winschoten op Geneeskundige Vergadering.

27 Juny 1871. Dingsdag. Ensing bij ons, hij was zaterdag laatstleden van Groningen teruggekeerd. De kleine Jakob was een weinig ongesteld.
Hij verhaalde van de genoegens te Winschoten op de Vergadering van Geneeskundigen, de togt naar Finsterwolde, enz.

27 Juny 1871 Veenstra zijn jongste zoontje Sijbrand Aldert te 12 ure plotseling overleden, eerst gisteravond ziek geworden, vanmorgen de Doctor gehaald. ‘t Schijnt een soort van Cholerine geweest te zijn. De ouders waren diep bedroefd doch niet geheel onvatbaar voor troost.

6 July 1871. Katrina verjaart. De Keysers, Vrendenberg en Ensing hier te feliciteren.

8 July 1871. Dirk des vorrmiddags met Ensing naar Oosterend enz.

9 July 1871. Bij ons aan huis veel bezoek, dames Vrendenberg, jufvrouw Dijksen, Loman en vrouw, Ensing. Deze [laatste] (daartoe genoodigd terwijl zijn vrouw nog steeds in Groningen is) bleef bij ons eten.

17 July 1871. Des avonds naar de Nutsvergadering. Bakels tot Afgevaardigde benoemd. Aldaar Wieringa, Bakels, Muller, Glijnis, zijn zwager De Vries uit Alkmaar, Loman, enz, 11 in getal.

25 July 1871. Ensing hier, berigt de geboorte van een zoon van Bakels.

30 July 1871. Ensing is op reis naar Haarlem, komt morgen te huis.

31 July 1871. Dirk Bruin in de Waalderstraat aan de Pokken overleden gister en vandaag begraven.
31 July 1871. Pieter Lubbertsz. Koorn ligt ook aan de Pokken.
11 Augustus 1871. 3 Poklijders erbij gekomen, 2 in de Waalderstraat, 1 aan ‘t Schild. Doctor Ensing haalt Menno bij de weduwe van Piet Koorn om te helpen constateren of deze ook Pokken had. Dirk Klaasz. Bruin en Pieter Lubbertsz. Koorn zijn 31 Julij aan de Pokken overleden De vrouw van Jan Teunisz. Roeper, Johanna Nieuwenhuizen lijdt nog daaraan.

11 Augustus 1871. Dirk en Koos gisteravond bij Ensing met den Heer Harting en Johanna Bok.
Ensing vanavond even hier. Er zijn weer 3 poklijders bijgekomen, 2 in de Waalderstraat en een aan het Schil. Menno gaat met Ensing mee om te constateren of ‘t Pokken is.

15 Augustus 1871. Ik was sedert eenige dagen in eene gedrukte stemming. Vanavond 7 uur eene wandeling gemaakt naar den Hoorn. Bij Bakels vertoefd tot 10 uur. Hij was aan het zeilen geweest. Moeder Bakels en Mina ontmoet. Kraamvrouw en kind nu voor ’t eerst toegesproken. Fokel was onthutst wijl zij gehoord had dat men zeide dat haar kind te weinig voedsel kreeg aan een derde melk en twee derde water, wat toch de Doctor voorschreef.

22 Augustus 1871. Ensing ontmoet komende van P. Koorn, waar de 2 zoontjes in groot gevaar verkeeren door ’t gebruik van Rottekruid.

27 Augustus 1871. Even bij de Heer Bok, ziek, aldaar Ensing. Met dezen naar zijn huis, aldaar ook Harting. Gesprek over het stuk van Pierson in de Gids van Juny, ’t welk Ensing met groote belangstelling gelezen had.

18 September 1871. Nutsvergadering. Bakels leest een zeer uitgebreid en voortreffelijk verslag van de Algemene Vergadering te Amsterdam. Ik treed aan het einde ter vervanging van Ensing als Praesident op. Bakels hier boterham gegeten.

25 September 1871. Brief voor Bakels klaargemaakt. Nutsvergadering. Vooraf met het courantenartikel over ’t Nut bij de medebestuurder Petersen. Zijn vrouw dacht dat het Nut weldra op den flesch zou gaan, want het was altijd Bakels en Ensing, en Ensing en Bakels. En de inhoud hunner rede was vleesch braden en kamers luchten enz, alles wat ieder vanzelf wel wist (!).

12 0ctober 1871. Bij de heer Bok, deze scheen weer zoo goed als hersteld te zijn. Aldaar Ensing. Zijne vrouw intusschen bij ons geweest en van voormiddag aan de Waal.

27 October 1871. Jet Ensing [heeft] gister Sina vlijtig geholpen met naaijen.

28 October 1871. Ensing hier, zijn grootmoeder overleden.

9 November 1871. Bruno Bok en Vriesendorp hier, laten mij een concept lezen van adres aan de Gemeenteraad om 100 gulden verhooging van tractement voor Ensing, zoodat het op 500 gulden kome, opdat hij niet zich late overhalen om naar Anna Paulownapolder of elders te verhuizen. Ik wil dat gaarne teekenen, en maandag op de Krans ter teekening aanbieden.

13 November 1871. Krans. De aanwezigen teekenden allen hunne namen op het adres aan de Gemeenteraad om 100 gulden verhooging voor Ensing, door Bruno Bok vanmorgen aan mij gebragt.

7 December 1871. Sina naar Ensing, verjaardag van Geertrui. Ik des avonds op uitnoodiging nog met Sina mede uitgegaan over de dik besneeuwde straten naar Ensing om met Geertrui’s verjaardag te feliciteeren, aldaar Johanna en Henriëtte Bok. De avond gepasseerd tamelijk met genoegen.

18 December 1871. Nutsvergadering. Eerst gesproken over de Spaarbank door Bakels voorgesteld op te rigten. Bakels en Loman en Vriesendorp in de Commissie van Onderzoek benoemd. Ensing deed de voorlezing over het oog en het zien, opgehelderd door een kunstoog en duidelijke platen (uit Groningen). Daarna deed Vriesendorp eene voorlezig over een staathuishoudkundig onderwerp “de weelde”. Allen waren zeer voldaan. Ik las toen nog een stukje voor over de Nederlansche Mettray uit de Wetenschappelijke Bladen.
Bakels en zuster Let en Koekebakker bleven bij mij boterham eten.

20 December 1871. Doctor Ensing en vrouw hier de avond gepasseerd, verhaalt hoe en waarom hij bedankt heeft om zich naar de Anna Paulownapolder te verplaatsen. Ensing toont diep medelijden met Vrendenberg [zoons failliet, hele familie al het geld kwijt], verzocht mij hem op kiesche wijze te kennen te geven dat, zoo hij met zijn huisgezin van zijn hulp als doctor gebruik wil maken, hij niets daarvoor rekenen zal, ik beloof dat.

18 January 1872. Ik hoorde dat er gister 30 vreemde kooplieden op Texel geweest waren, 20 in de Lindeboom, 1 Franschman met een makelaar uit Amsterdam als tolk. Er was voor 61.000 gulden verkocht, welke zaak Loman 3000 gulden zou opleveren. De oly was zeer duur geworden, wat op 20 gulden geraamd was, was 44 geworden. De wijn, hoewel volgens sommigen voortreffelijk, zeer goedkoop van 10 tot 13 stuivers de kan.
Sina was den geheelen dag bij Jet Ensing voor haar werkzaam met de naaimachine. Zij hadden mij ook ten eten gevraagd, maar ik ging er eerst tegen 9 uur des avonds heen.
Doctor Ensing verhaalde van de verkoop van gister, hoe bang Loman was toen hij huiszoeking zou doen bij Biem Lap, met veldwachters, zoodat hij vooraf was teruggekeerd, maar dat de Ontvanger Eschauzier toen onverschrokken dit werk had volbragt. Echter was de wijn veilig opgeborgen en vond men slechts de plaats in de werf waar het vat gelegen had.
Ensing zelf deed toen nog proeven om mijn gehoor te verbeteren door lucht te blazen in de gehoorbuis, terwijl ik een slok water nam, wat echter geen werking scheen te geven. Ensing had van het Gemeentebestuur ten dienste van het Algemeen een constante batterij gevraagd. ‘t Was ook goedgekeurd, maar er was geen geld.

1 February 1872. Vanavond zal ik naar Vriesendorp, des avonds 8 uur daar heen gegaan met Koekebakker. Ik vond er ook Bakels, Loman, Bruno Bok. Ensing verklaarde ons de zamenstelling van het menschelijk ligchaam wat de beenderen betreft, opgehelderd met gedeelten van een skelet en met een anatomisch plaatwerk (ook Simon Keyser was daar). Het voldeed mij zeer goed.

8 February 1872. Anatomische les bij Bruno Bok. Vriesendorp, Bakels, Glijnis, Koekebakker, Loman (Simon Keyser was op reis). Ensing handelde over de spieren en wees ons die onderscheidelijk aan in zijn atlas van platen.
Des voormiddags was ik bij hem aan huis geweest om hem met zijn verjaardag te feliciteren. Hij had een fraaij instrumentenkastje van zijn vrouw gekregen.

11 February 1872. Intree van dominee Kapteijn te Oosterend. Daar aan huis alle predikanten van Texel, ook Jet Ensing. Bakels spreekt over Buisman en laat zich woorden ontvallen, die aanleiding geven dat op dat onderwerp wordt doorgegaan door Wassenaar maar ook door Van Vledder. Voor een oogenblik dreigde het hatelijk te worden, ’t loopt echter goed af.

13 February 1872. Des avonds vergadering in de Kikkert, waar de Heeren- en Burger-Sociëteit vergaderd waren. Ensing fungeerde als Praesident bij absentie van Simon Keyser, die ongesteld was.

15 February 1872. Des avonds bij Glijnis, waar Ensing ons het zenuwstelsel van het menschelijk ligchaam verklaarde. Daar waren Loman, Bok, Vriesendorp, Bakels, Koekebakker.

19 February 1872. Gesprek met T. Keyser en H. Dijt. Het was hun op de Nutsvergadering, toen Ensing over het oog en het zien gesproken had, niet bevallen.

22 February 1872. Wij des avonds met Koekebakker en Bakels naar ons lesuur bij Simon Keyser, alwaar Ensing ons den Bloedsomloop verklaarde van half 9 tot ruim 11 uur. Aldaar Loman, Bakels, Bok, Glijnis, Vriesendorp, Koekebakker en zuster.
Loman gaat morgen met een extra boot met de uitbetalingen naar het Nieuwe Diep. Een deel van ons gezelschap (Ensing en Margo en Rina) gaan mede om het stoomschip de Conrad te bezien. Sina en ik hadden daar ook wel lust toe, maar zullen het laten.

29 February 1872. Des avonds de Anatomische Les bij mij aan huis, aanwezig waren Loman, Glijnis, Vriesendorp, Ensing, Bakels en ik. Wij hadden het over bloedsomloop en ademhalingswerktuigen en nieren, enz. waarbij het een en ander ons aanschouwelijk werd gemaakt door ontleding van hart en nieren van een varken.

4 Maart 1872. Naar de Kikkert, vergadering over de Aprilfeesten, waar de Feestcommissie Ensing, Loman, Simon Keyser enz. haar programma mededeelt. Ik kondig aan dat op 25 Maart een Volksvoorlezing zal zijn over de Aprilgebeurtenissen.

7 Maart 1872. Des avonds berigt dat de vergadering bij Loman niet kan doorgaan wijl Ensing naar de Prins Hendrikpolder geroepen was. Intusschen was Koekebakker gekomen en de visite voor Sina, Fokel (Bakels kwam eerst laat van Loman) en de zuster van Vriesendorp en Johanna Bok. Wij bragten de avond genoeglijk door. Bakels en Fokel in de regen naar huis.

14 Maart 1872. Wij bij den Heer Loman, ons gewoon gezelschap met Ensing. Deze behandelde de verteringswerktuigen, ontleding van longen en hart. Genoeglijke zamenkomst.

21 Maart 1872. Des avonds bij Bruno Bok, aldaar het gewoon gezelschap compleet. Ensing behandelde de piswerktuigen, nieren (waarbij eens menschennier ter ontleding) en over de genitalia.

22 Maart 1872. Te huis komende vonden wij een Provinciale Groninger Courant, waarin de stukken van Menno over de Pokkenbesmetting. Ik vrees dat hij zich daarin veel te sterk en te onvoorzichtig uitlaat.
Den avond genoeglijk doorgebragt bij Bakels en Fokel. Hun kind zeer aanvallig. Gesproken over den invloed dien men mag hopen van onze oefeningen in de anatomie enz. tot verlevendiging en versterking van eerbiedige dankbaarheid jegens God, door Ensing steeds de Natuur genoemd. Over de waarschijnlijkheid van ‘t bestaan van hooger wezens dan de mensch en ‘s menschen bestemming tot een steeds hooger opklimmen, ‘t welk Bakels zeide ook eene zijner liefste denkbeelden te wezen.

25 Maart 1872. Des avonds naar de Volksvoorlezing. Vooraf Nutsvergadering, Bestuur van de Spaarbank benoemd Bruno Bok, Ensing, Bolding, Stikkel.
Ik de Vergadering met een herinnering aan voor 300 jaar geopend. Glijnis Redevoering voorgelezen van Vos met toevoegsels, zeer goed voldaan. Vers van Van der Bergh “het Wachtschip voor Brielle”. Ik bijdrage “Rochus Meeuwisz.”. Bakels bijdrage “een onvergetelijken dag” van Heerink. Ik gesloten, met toespraak betrekkelijk het tegenwoordig einde onzer vergaderingen voor dit seizoen en de a.s. feestviering met raadgevingen en wenschen.

1 April 1872. Maandag, Tweede Paaschdag. Te 11 ure (na de preek) met Sina door den Burg gewandeld, de versieringen der huizen en straten met talrijke erebogen bezien.
Te 12 ure naar de School opgevuld met zingende kinderen, die daar getracteerd werden op chocolade, koek en brood. Aldaar Burgemeester. Allen vol vreugde.
Ik naar het lokaal der Werkverschaffing, waar de werklieden getracteerd werden op brood met ham en koffij.
Intusschen wordt in het Park de Optogt georganiseerd, ik met Sina die gaan zien. Een groot getal van ruiters met muzijk, een versierde wagen met de Nederlansche Maagd, Mercurius, Ceres, Neptunus en de feeën voorop. Alles zoo goed mogelijk in kleeding en houding nagebootst, met de attributen.
Optogt van de Werkverschaffing met vaandels en banieren. Een kolossale wijnflesch enveloppe. De gansche stoet van schoolkinderen. Het Roode Kruis, bestuurders en leden. Ruiters.
De optogt van Oudeschilders komende over Oosterend en de Waal uitmuntende door netheid en gepastheid met 5 versierde booten met zeelieden op wagens met een aantal ruiters, waaronder uitmuntte 3 Oosterenders in het costuum voor 3 eeuwen. Het geheel voldeed uitstekend. De optogt is later nog eens het dorp doorgetrokken.
Des avond half 7 de Burger Optogt met fakkellicht en op vele plaatsen met Bengaalsch vuur.
’s Avonds naar de Kikkert in de versierde feestzaal. Stoppend vol. De Burgemeester toast op de Koning, Simon Keyser op Texel, Bakels op de Burgemeester, ik op de Feestcommissie, Vriesendorp op het Bestuur der Werkverschaffing, Koekebakker op het Vaderland, ik op de Eensgezindheid, Burgemeester op de Texelaars, met dank voor de toast van Bakels.
Deze optogten worden in de loop van de week herhaald in de andere dorpen en wederom de Burgers met fakkellicht op de Steenen Plaats.
2 April 1872. Intusschen de optogt hier om mij een Serenade te brengen, maar ik was net even naar Vrendenberg.
8 April 1872. Gisteravond de laatste optogt, daarna de erepoorten weggebroken.
12 April 1872. Ensing zei mij gisteren dat hij het door Menno vertaalde boekje met veel genoegen gelezen had.

30 April 1872. Des avonds even bij Ensing, hem de Isis gebragt.

21 jiny 1872. Menno des avonds bij Ensing geweest.

23 Juny 1872. Ensing gaat op reis naar Leijden en den Haag. Menno zal zijn practijk waarnemen.

3 Augustus 1872. Des avonds Ensing even hier met de Heldersche Courant behelzende een lang stuk van dominee Wieringa waarin hij het gevoelen verdedigt dat de leden van de Gemeenteraad gekozen moeten worden in evenredigheid van de geloofsbelijdenissen der burgerij. Ensing zal met Bakels daarop antwoorden voor het laatst.

6 Augustus 1872. Een stuk van Ensing en Bakels, en een ander van Koekebakker in de Heldersche Courant (tegen Wieringa).

17 Augustus 1872. Des avonds Ensing en vrouw en nicht uit Haarlem hier bij ons.

30 Augustus 1872. Kwart voor 9 is Koekebakker hier (met de paard en wagen van Jan Duinker). Wij met ons zessen naar den Hoorn gereden. Bij Bakels, hun uitgenoodigd tot eene duinwandeling die hij aanneemt (Ensing aldaar). Wij naar ’t Westerstrand kwart voor 10. Wij kwamen aan zee kwart voor 12, over of bijlangs Loodsmansduin terug. Wij verkwikten ons met meegebragte spijs en drank op het strand en in de duinen. Wij hadden een genoeglijke dag. Ik was zeer vermoeid toen ik met het gezelschap bij Bakels terugkwam. Wij zijn tuin en springende fontein gezien.

2 September 1872. Ensing des avonds nog even hier. Fenna vroeg hem de rekening wegens zijne behandeling harer ongesteldheid, huidziekte, genezen door Aziatische pillen. Hij verlangt er niet voor.

23 September 1872. Bij de weduwe Bok thee gedronken, aldaar Ensing.
Ensing met mij alleen zijnde deelde mij mede dat hij niet als doctor naar Alkmaar ging, dat hij zijne papieren gister terug verzocht had. Hij had mij onlangs verteld dat hij daar gesolliciteerd had en veel kans had. Maar zijne vrouw scheen er niet voor te voelen.

26 September 1872. Samuel verzogt, voor de levensverzekering, een getuigschrift van Ensing dat in de families Huizinga en Meihuizen geen erfelijke kwalen, zooals de tering, voorkwamen.

3 November 1872. Ik des avonds bij Ensing om van hem een getuigenis te vragen ten behoeve van Samuel om ingeschreven te worden in de levensverzekering te Amerongen.

4 November 1872. Brief aan Dirk: Ensing had den apotheker Petersen er op betrapt dat hij chininepoeders die 6 grein moesten bevatten, afleverde met 2,5 grein.

6 December 1872. Ensing verhaalt dat weldra een nieuwe apotheker De Holl van Hoogeveen hier zal komen.

16 December 1872. Volksvoorlezing in de Kikkert. Glijnis doet de Voorlezing over China, eene novelle van Emile Silvestre, anderhalf uur lang, maar ’t voldeed zeer goed. ’t Was een boeijend verhaal goed voorgedragen. Daarna ik een stukje uit de Volksbode “hoe komen zij er aan”. Bakels eenige stukjes uit de Bloemlezing van De Keyser, gedichten van de Schoolmeester “het paard”, “de hond” enz. Daarna Ensing eene vervelende lange voorlezing van een stuk uit hetzelfde boek, van Oosterzee “de Westminster Abdeij”.

28 January 1873. Gister een week hadden wij Nutsvergadering. Ensing deed toen een Voorleezing en mondelinge verklaring over het OOR, waarbij hij een kolossaal kunstoor (van ’t Physiologisch Laboratorium te Groningen) ten aanschouwen gaf, wat zeer goed voldeed.

2 February 1873. Sijbrand Jans Keyser schijnt de Armenpractijk onzer Gemeente van Ensing op P.Stiggelbout over te willen brengen, en dat op eiegen gezag. Wij zijn daar tegen (10 gulden per stuk).

8 February 1873. Sina met Koekebakker des voormiddags naar Ensing ter zijner verjaring.

11 February 1873. Sina heeft den laatsten tijd pijn in de rug. Ensing verordoneert haar een drank.

17 February 1873. Ik bij Ensing, hem geanimeerd dat hij naar de Waal zoude gaan om Aal Koekebakker te bezoeken, wat hij deed.

10 Maart 1873. Bij Bruno Bok. Jet Ensing daar, zij had een reisje heen en weer naar het Nieuwe Diep gemaakt. Haar man ging naar Buisman in consult bij diens vrouw.

17 Maart 1873. Sina jarig, hier Tonia en Mina Bakels, na het eten ook Fokel.
Nutsvergadering. Koekebakker deed de Redevoering over het Epos van Kamerling getiteld “de Koning van Sion”. Ik hoorde hem met veel genoegen hoewel het 1 en een kwart uur duurde, tussenbeide pauze. Voorts gesprek over het voorstel van Wieringa tegen het werkje van Hugenholz, ’t werd verdaagd tot July. Ensing als bestuurder herkozen. Een boekwerk van meester Kwant aangekocht: Rietstap ‘de Wereldbol” 10 gulden. Dominee Bakels alleen bij ons.

19 Mei 1873. Even bij Ensing om Jet te feliciteeren met haar verjaardag. Zij wees mij een fraaij nooteboomen spiegelkastje, van haar man gekregen. Ensing denkt ook nu weer naar het Geneeskundig Congres te gaan, thans te ’s-Hertogenbosch, en verhaalt veel van de genoegens die dit hem geeft.
Sina naar Jet Ensing te feliciteeren. Zij vernam daar dat zij daar ook eene felicitatie ontvangen hadden van hunne [zijn] ouders uit Groningen, waarmede zij zeer verheugd waren, daar dit het eerste blijk was dat zij Jet als dochter wilden erkennen. Nu zij blijk van toenadering gaven (Ensing had eerst een telegram gezonden ter verjaring zijner moeder), nu zou alles wel weer teregt komen.

20 Mei 1873. Des namiddags Doctor Ensing bij mij op de studeerkamer thee gedronken. Ik zeide dat ik mij regt verheugde dat er uitzigt bestond dat de betrekking tusschen hem Ensing enzijne ouders nu weer goed zoude worden. Dit gaf aanleiding tot uitvoeriger gesprekken ofwel mededeelingen van zijne zijde. Zijn vader had hij zeer lief, maar niet zijne moeder en kon het ook niet. Zij had hem nooit liefgehad maar altijd bemoeijelijkt, waarover hij vele staaltjes vertelde. Zij kon hem opzettelijk in zijn studie komen storen, opdat hij zijn examendoel niet bereiken zou. Zij verspreidde zelve lasteringen omtrent hem, dat hij dronken met verscheurde kleeren te huis was gekomen, terwijl hij nogtans in haar eigen huis rustig te bed lag en klopte daartoe zelfs ten 11 ure des avonds de tantes op.
Ettelijke dagen en nachten achtereen had hij haar met de meeste zorge opgepast als eenige geneeskundige toen zij de cholera had, maar 14 dagen daarna was zij weer even bits en hard tegen hem als ooit tevoren. Altijd scheen zij hem gehaat te hebben.
Zijn verkeer aan het huis van De Geus en zijn voorgenomen huwelijk was haar grootste ergernis. De ouders hebben nooit hun toestemming tot dat huwelijk willen geven, hoe hij hen ook daarom gebeden had, zoodat nu de hulp van de Kantonregter moest worden ingeroepen. Het bezwaar was dat Jet geen geld had en ettelijke jaren ouder was. En toch had hij een zeer gelukkig huwelijk met haar. Ja, het had wel eens gestormd in huis, maar thans hield zijn huiselijk geluk niets te wensen overig. Jet gedroeg zich in al deze zaken voortreffelijk.
Nu zou hij dan ook schrijven, dat als zij lust hadden over te komen, hij hen zou ontvangen, wat hij van zijn vader hartelijk wenschte. Deze was een goed en achtenswaardig man, die zich door zijn vrouw liet beheersen en tot handelingen vervoeren die hij zelf afkeurde.

3 Juny 1873. [Huizinga 64 jaar] Des avonds Doctor Ensing en vrouw hier.

10 Juny 1873. Ensing hier om Sina’s pijn in de rug. Gesprek over Menno. Ensing vertrouwt wel dat hij klaar zal komen, raadde hem aan terstond te solliciteeren naar Edam, waar men 1200 gulden aanbood voor de waarneming der Armenpractijk [maar Menno zakte].

15 Juny 1873. Ensing voormiddags hier. Ik was gisteravond bij hem geweest om mijn hoesten, nu weder geheel hersteld. Ensing (die morgen op reis gaat naar ’s-Hertogenbosch, Geneeskundige Vergaderig) schreef mij poeders voor en een smeersel van jodium.

23 Juny 1873. Doctor Ensing hier, gister van zijne reis naar ’s-Hertogenbosch teruggekeerd, Geneeskundige Vergadering, had veel genoegen gehad. Ook de zaak van Albert Keyser en die van Petersen was druk besproken. Ensing verhaalt veel van het schoone wat hij gezien heeft.

30 Juny 1873. Ensing hier met herinnering van Van der Kulk in Den Haag dat Menno hem iets over het Spiritisme (lucifer) zou zenden. Gesprek daarover met Ensing. Ik verhaal hem de wonderen van het Somnambulisme zoo als ik die bij mijne vrouw had waargenomen. Hij stond daarover verbaasd.

27 July 1873. Des avonds even bij Ensing. Aldaar zijn Vader en Moeder, gister eerst uit Groningen aangekomen. Ensing vanmorgen bij ons, de kleine Alida is ongesteld.

1 Augustus 1873. Katrina naar Ensing om de familie (met de oude lui) tegen zondag hier te vragen, maar zij waren reeds verzegd bij Bok.

4 Augustus 1873. Des avonds laat doet Bakels ons nog door Ensing de geboorte van zijn tweede zoon berigten.

7 Augustus 1873. Des namiddags de familie Ensing hier.

23 Augustus 1873. Doortje Heringa hier, had een week bij Wieringa gelogeerd. De vrouw van Wieringa heeft veel last van Rheumatiek.
‘t Kind van Bakels, Herman, ligt zeer ziek bij Vrendenberg. Bakels en vrouw en Meid daar in de slaapkamer geloogeerd om dichter bij den Doctor te weezen.
30 Augustus 1873. Bakels weer van Vrendenberg vertrokken naar den Hoorn.

25 October 1873. Ensing hier, vraagt of ik meededoe aan een present voor Bakels voor zijn bedanken voor Hinloopen, met hem en Keyser en Loman enz. Ieder à 5 gulden voor een stoel enz. Ik stem gaarne toe.

29 October 1873. Jet Ensing hier boterham gegeten. Toen Menno Jet naar huis zou geleiden kwam zij met Ensing (die gevraagd was) terug. Zij bleven toen nog na 12 uur.

12 November 1873. Des middags op verzoek bij Ensing een groot getal personen, C. Keyser Szn, Sijbrand en Cornelis Keyser, Sijbrand Jzn Keyser, Fokke Keyser, H.Dijt, Glijnis, Loman, Arie Dijksen, S. Keyser Szn, enz.
Bakels verscheen quasi toevallig in de vergadering.
Ensing vatte het woord en gaf hem te kennen dat deze zamenkomst was van personen die hem Bakels een blijk van belangstelling wilden geven wegens zijn bedanken voor het beroep van Hinloopen in een fraaije armstoel, nooteboomhout met groen trijpt. Bakels was zeer getroffen door deze verrassing en antwoordde gepast, allen hartelijk dank zeggende. Bakels des namiddags nog even bij ons. Sijbrand Keyser bragt hem met zijn stoel naar den Hoorn.
[In Bussum staat zo’n stoel in het huis van de weduwe van kleinzoon Floris Bakels. Het is DE stoel van Dominee Bakels].

13 November 1873. Schrift

21 November 1873. Menno terug van de zitting van de Raadsvergadering die hij had bijgewoond met Bakels.
Verslag van de vergadering over het tractement van Ensing. Men zal nu ook voor Oosterend een Doctor aanvragen op een tractement van 500 gulden en een vroedvrouw benoemen aan de Koog en aan den Hoorn op 250 gulden.

24 November 1873. Des namiddags Ensing hier. Bakels was bij hem geweest om hem mede te deelen welke voorwaarden hem bij zijne benoeming tot eilanddoctor in de Notulen der Raadsvergadering van de Raad gesteld waren, doch die niet in zijn beroepsbrief stonden en waaraan Loman geheel niet scheen te hebben gedagt.
Des avonds Menno bij Ensing repetitie heelkunde.

7 December 1873. Met Katrina bij Ensing, Geertrui jarig.

12 December 1873. Vanavond Ensing even hier. In de heldersche Courant staat weer een stuk van Westenberg over ’t tractement van Ensing. De beschuldiging komt meest voor Loman op, die niet gezorgd heeft dat Ensing wist op welke instructie hij beroepen was.

27 January 1874. Ensing hier om een boek over de Verloskunde dat Menno van hem gebruikte te halen. Ensing sprak veel over het weinige vertrouwen dat men hier aan deze en gene kan schenken, zoo als Simon Keyser, die hij daarom gaarne meed (deze had [zich] een ganschen tijd vriendschappelijk met Westenberg onderhouden en na diens vertrek zich spottend over hem uitgelaten). Men wist menigmaal niet wat van iemand te denken. Hij moest zich dus wel terugtrekken. Evenwel had had hij en vooral ook zijn vrouw behoefte aan vriendschappelijk verkeer.

8 February 1874. Naar Ensing, jarig. De oude mevrouw Bok had hem een brief van 4 bladzijden gezonden. Ik nog Ensing alleen vindende toen ik kwam, zoo sprak hij over zijn omstandigheden, eerst als kind van weelde opgevoed, meende [hij] dat zijn grootvader rijk was. Nu moesten de tantes als commissionairs in kruidenierswaren onderhoud zoeken.
Hij had de waarde van ’t geld leren kennen, legde zich toe op zoo veel mogelijk contante betaling, geen oplopende rekeningen. Hij moest zich nu om het bouwen van zijn huis ongelukkig weer in de schulden steken.

19 Maart 1874. Mevrouw Ensing hier des voormiddags.

4 April 1874. Ensing laat een nieuw huis bouwen in de Warmoesstraat.

18 Mei 1874. Jet Ennsing hier.

19 Mei 1874. Jet Ensing verjaart.

31 Mei 1874. Des morgens 7 uur kwam Jan Duinker van de Waal hier berigten, ofschoon zonder lastgeving, dat Sina bevallen was heden morgen 6 uur. Hij was ten derde male op reis om Doctor Ensing die nu daar heen was, na er ook gisteravond geweest te zijn. Te 8 ure reed Ensing terug, bragt brief en telegram voor familie. Het bleek nu dat alles volkomen naar wensch was afgeloopen, en dat de ouders, en wij met hen, zich in een gezond Meisje mogten verheugen.

3 Juny 1874. Ensing en Jet op verjaardag Huizinga.

6 Juny 1874. Felicitatiebezoek [van] onder andere Ensing wegens slagen Menno.

14 Juny 1874. Ensing bij mij. Wij hadden hem gister in Anna Paulowna in de trein zien zitten. Hij ging naar Leijden om Ratenstein te raadplegen over zijn examen Heelkunde, die hem raadde ‘t in Groningen te doen in September. Polano te Leijden was zeer veeleischend, vooral in ‘t opereren. Menno zou tijdens zijn afwezigheid hier zijn practijk naloopen.

17 Juny 1874. Ensing even hier, wil dat Menno morgen medegaat naar Cocksdorp tot eene operatie.

18 Juny 1874. Menno vanmorgen 9 uur met Ensing en De Holl naar Cocksdorp waar 2 kinderen van een hazelip gesneden zouden worden.

19 Juny 1874. Ensing hier.

20 Juny 1874. Menno des morgens 7 uur met De Holl en Ensing en Doctor Koning naar ’t Nieuwe Diep ter bijwoning van operatie aldaar, door Doctor Haremaker te verrigten.

15 July 1874. Kwart voor 1 ‘s nachts ontwaakte ik omdat ik Menno in de kamer hoorde. Hij zeide dat Koos niet goed was en dat hij om Ensing ging. Ik vond ook Katrina op de been. Koos zat op, door Dirk ondersteund en jammerde over een steeds toenemende benauwdheid, die haar tegen half 2 had doen ontwaken en die nu zoo erg werd, dat zij daarin dreigde te smoren. “Ik ben doodsbenauwd, ach mijn arme kinderen!” waren de kreten die zij slaakte.
Menno kwam weldra met Ensing terug, te 2 uur. Hij beproefde een aderlating, maar kon geen bloed krijgen als later aan ‘t been, maar reeds lag zij roerloos daar, ach het bleek weldra, dat alle pogingen om de levensgeesten weer op te wekken met ammonia enz ijdel waren. Zij was gestorven.

16 Augustus 1874. Zaterdagavond Ensing van hier afgehaald bij Bakels. Fokel bevallen van een Meisje.

29 Augustus 1874. Des avonds Ensing even hier.

31 Augustus 1874. Ensing hier.

19 September 1874. Des middags Ensing hier om te vragen naar de waarheid van ‘t gerucht van Menno’s engagement met een onbekende.

20 September 1874. Jet Ensing bij ons.

28 September 1874. Des morgens 9 uur ontving ik een telegram van Menno uit Wormerveer, toestemming vragende tot engagement met Guurt Koekebakker. Ik gaf die, schoon de wijze waarop mij hinderde. Katrina naar de Waal om dit te berigten.

2 October 1874. Bij Dirk de Ruiter, zijne vrouw (voor 1 maand bevallen) dodelijk ziek. Ik sprak daar Ensing. Hij wacht nog altijd berigt wanneer hij te Groningen zijn Heelkundig examen moet doen.

5 October 1874. Mevrouw Ensing hier.

12 0ctober 1874. Huishoudelijk gesproken over de lezingen. Zaalberg van ’s Hage neemt eene op zich. Dyserink zal gevraagd worden. Over de oprigting eener Gymnastiekschool. Over ’t afschaffen van Nieuwjaarsbedelarij. Ensing en Loman zullen dit voorbereiden.

15 October 1874. Catharina gister ongesteld geworden. Vandaag voortdurend Ensing geroepen.

12 November 1874. Ensing bij mij. Stiggelbout is zeer gepiqueerd dat Ensing verhaalt dat zijn Artsexamen eigenlijk niet veel beteekent, als slechts gaande over één vak. De oude Stiggelbout looft 25 gulden aan de armen uit als dit bevestigd wordt. Ensing wil nu door Dirk een verklaring daaromtrent aan Sänger vragen.

10 December 1874. Katrina en ik des avonds bij Ensing en vrouw blijven boterham eten. Zij waren zeer met onze komst ingenomen. Het huis bezien.
Bruno Bok aldaar. Gesprek over de stoomboot die weldra tot half February zal stilliggen. Ensing laat mij de verklaring van Professor Sänger over het examen van P. Stiggelbout lezen.

21 December 1874. Nutsvergadering. Ensing Redevoering over lijken-verbranding. Loman leest boeijende schets uit Calefornië “Sint Nicolaasfeest van Bret Harte”. Hamaker (de nieuwe ondermeester) leest een luimig vers “Verhaal van een onderwijzer, hoe hij aan zijn vrouw kwam” (dat niet algemeen voldeed). Den Heer Ments eene bijdrage uit de RoMeinsche Geschiedenis “Coriolanus en Cleopatra”, daarmede was het half 11 geworden. Na de Nutsvergadering Bakels bij ons boterham gegeten.

1 January 1875. Nieuwjaarsbezoek, ook Ensing.

17 January 1875. De vrouw van Pronk verhaalt veel van het langdurig lijden van haar zoon Dirk, langen tijd onder behandeling van Ensing (2 February 1874 ziek geworden), nu van de fisteldocter Klaas Ursem, doch zonder veel baat.

18 January 1875. Nutsvergadering. Bakels en Fokel kwamen hier tegen 7 uur aan, zeer ontsteld. Zij waren tusschen den Hoorn en hier met het rijtuig door het schrikken van het paard omgevallen. Gelukkig mensch nog paard beschadigd, alleen de kar of het rijtuig. Jan Bakker bragt ze met de wagen aan den Burg.
Bakels deed de Redevoering. Beschrijving van Vooruitburg en zijne bewoners. Eene plaats waar de belangstelling in en de toestand van het Lager Onderwijs aan het Ideaal beantwoordde. Zeer leerzaam voor Texel. Met veel genoegen gehoord. Ensing bijdrage over Vondel, Loman voorlezing van een stuk uit de schetsen van Scheltema “het weeskind Dora”. Voortreffelijk voorgedragen, genoeglijke avond.

8 February 1875. Ik met Katina naar Ensing, [hij] verjaart.

5 Maart 1875. Klaas Roeper sedert 10 dagen ziek. Ensing had hem (van onze diakens) 5 gulden gebragt.

22 Maart 1875. Eerst verslag van de Spaarbank door Ensing (zeer goed). Een voorstel van Ments over de Leesbibliotheek met meer geschiedkundige werken te verrijken. Vervolgens eene uitvoerige leezing van ruim een uur van Lomans reisindrukken, door hem verkregen op eene reis in Zwitserland, door hem verleden jaar gedaan, waarin prachtige schilderingen voorkwamen en die ik met zeer veel genoegen hoorde. Daarop liet hij een groot getal photographiën bezien van landschappen enz. door hem medegebragt.
Later gaven Loman en Glijnis nog eenige natuurkundige proeven, verklaring van een uurwerk, een glazen nommerplaat waarop niets meer dan de bewegelijke wijzer, die accuraat de uren en de minuten aanwees, door een mechanisme onder aan het eene einde, waardoor rijzing of daling bepaald wordt. Verder hoe een dikke bal door een naauwe mond eener flesch gezogen werd door eenige daarin aangestoken spiritus.

10 April 1875. Des namiddags Koekebakker naar Ensing, die gisteravond bij ons was geweest en veel vertelde van zijn nieuw aangekomen machiene ten dienste van borstzieken om gecondenseerde of verdunde lucht te doen inademen.

5 Mei 1875. Later des avonds mevrouw Ensing hier. Ensing heeft het zeer druk met zijn pneumatisch toestel voor borstlijders. ’t Nam hem wel tijd weg. De zoon van Aagje Knaap moest soms een halve nacht in de buitenlucht zitten om adem te krijgen. Als hij vooraf den pneumatische toestel gebruikt had kon hij dóórslapen. Dartele knapen hadden hem verzogt hun eens de keel goed schoon te maken tegen een jool die zij hebben zouden, Pieter Koning, Johannes Eelman, enz. Hij had ze niet vriendelijk ontvangen.

7 July 1875. Des voormiddags Jet Ensing hier.

23 July 1875. Willemina vandaag bij Ensing.

25 July 1875. Ik hoorde dat Neeltje Bakker, vrouw van G. Kooiman plotseling dood gevallen was. Weinige oogenblikken daarna stond ik diep verslagen aan haar sterfbed, met de treurende ouders en Doctor Ensing.

1 Augustus 1875. Na de preek inlevering van stembriefjes voor het beroep, 77 briefjes aan den Burg, 19 te Oosterend. Gorter beroepen met 80 stemmen, Bakels had er 15. Met Dirk en Samuel gewandeld, Ensing ontmoet. Deze nam op zich om den uitslag aan Bakels te berigten.

3 Augustus 1875. Vandaag stemming in de Gemeenteraad tusschen Ensing en Jan Jakobsz Roeper. Het bleek den volgenden dag dat de laatste 81, de eerste 78 stemmen had.

5 Augustus 1875. Dirk naar Ensing (en Loman).

7 Augustus 1875. De ouders van Ensing zijn donderdag weder vertrokken.

15 November 1875. Bakels druk aan ’t werk voor zijn voorlezing van vanavond, niet naar de Krans.
Nutsvergadering, waar Bakels eene voortreffelijke voordragt hield van ruim anderhalf uur ex tempora over het WEER, wat dat is, de oorzaken der weersverandering, waarbij beschouwd worden de warmte, de vochtigheid, de wind. Alles zeer uitvoerig en duidelijk verklaard. Zoo ook de Golfstroom op een expres geteekende kaart aangegeven. Het denkbeeld dat de maan invloed uitoefend bestreden. Hij werd met de diepste aandacht aangehoord.
Daarna deed Loman eene lezing van een stuk van Dickens “de 2 vrienden”, voortreffelijk voorgedragen. Ensing Praesident, deelde de veranderde bepalingen mede omtrent het lidmaatschap van ’t Nut, en recommandeerde de Vereniging voor Volksonderwijs.

2 December 1875. Ik met Katrina naar Ensing. Hij zelf eerst niet thuis. Jet Ensing verhaalt hoe zij op hare reis naar ’t Nieuwe Diep een der Suez-booten heeft bezien, grootelijks verbaasd over de ruimte en pracht die zij daar vond. Ensing komt te huis. Wij blijven mede boterham eten. Hij was laatstleden nacht te Oosterend bij Sijbrand Dijksen geweest. Had daar op de grond liggen slapen. Men excuseerde zich niet dat men hem geen bed aanbood. De vrouw bevallen.

10 December 1875. Nut, huishoudelijke vergadering. Ensing, Troll, Boonacker, Bakels, Loman en S.Keyser. Met de Spaarbank gaat het goed, vooral op de school van Meester Muller is daarvoor veel ambitie. Lange debatten tusschen Loman en Keyser, vooral over de staat van ’t onderwijs op Texel en de middelen tot verbetering. Keyser wil verhoogd schoolgeld, anders niet. Loman wil desnoods subsidie vragen. 1100 kinderen gaan naar school, kost omstreeks 10.000 gulden dus elk kind ongeveer 9 gulden. Slechts 1500 gulden wordt aan schoolgeld ontvangen (à 4,80 het volle geld) dus ongeveer driekwart van de kinderen betalen het volle geld niet, of betalen niets.

10 January 1876. Volksvoorlezing. Ensing las een stuk van Q. Pierson over de schoonheden van Göthe’s Zedespreuken, wat om de snelheid waarmede hij voorlas, zeer vervelend was.

8 February 1876. Naar Doctor Ensing, verjaardag, aldaar Bruno Bok en vrouw en anderen. Ensing feleiciteert mij met het engagement van Dirk. Zijn vader had hem zulks geschreven als zijnde in Groningen publiek.
Ensing spreekt mij van Vrendenberg, die verleden zaterdag weder eene flaauwte had gehad, bloedarmoede ten gevolge van te schrale voeding.

10 February 1876. Dominee Post c.s. gaan naar Ensing.

9 April 1876. Bij Sijbrand Dijksen. Zij hebben, terwijl wij afwezig waren, hun jongste kind verloren. De moeder scheen dat aan een zorgeloze behandeling van Ensing te willen wijten, die te weinig acht had gegeven op een borstkwaal van het kind.

9 Mei 1876. Katrina, Margo Keyser en Lina Bok bij Jet Ensing.

16 Mei 1876. Margo Keyser hier vanmiddag. Zij deelde mede dat de Americain de Bleijker in de Lindeboom ziek lag en de hulp van Ensing had ingeroepen.

18 Mei 1876. Katrina gaat naar Jet Ensing, die heden verjaart.

25 Mei 1876. Jet Ensing en haar zuster Metta hier.

3 Juny 1876. [Huizinga jarig] Laatstleden donderdag hier bezoek (uitgenoodigd) van Ensing en vrouw en haar zuster Metta, Boonacker, Lize en Anna. Ensing kan zich met de beginselen der Vereeniging tot Afschaffing van Sterke Drank niet vereenigen. Hij vindt teveel goeds in de alcoholica.

4 Juny 1876. Katrina naar Ensing om hem te raadplegen over haar arm (regter), die haar sedert een paar dagen zeer pijnlijk is. Smeersel daarvoor ontvangen.

14 Juny 1876. Doctor Ensing hier. Gesprek onder ander over het faillisement van de Heer Voûte, getrouwd aan Emilie Bok.

23 Juny 1876. Doctor Ensing gesproken, pas teruggekeerd van de Vergadering der Maatschappij van Geneeskunde te Haarlem.

24 Juny 1876. Des namiddags Doctor Ensing hier.

7 July 1876. Dirk naar de Koog (zeebad). Des avonds Ensing bij Dirk.

10 July 1876. Des avonds Doctor Ensing hier.

18 September 1876. Des avonds Nutsvergadering. Ensing treedt op als praesident voor De Hool. Ensing wordt secretaris.

2 October 1876. Nutsvergadering. Huizinga Redevoering over de doorgaans ijdele verontschuldiging van “geen tijd te hebben”. Ensing bijdrage: ”Een fantasie over de toekomst, is er achteruitgang te vreezen of vooruitgang te hoopen?”. Het laatste meest aannemelijk. Loman reciteerde een lief wiegelied van Van Hall. Van Eerde reciteerde voortreffelijk “Susanna van Oostenrijk’ van Tollens. Bakels vulde den tijd door 20 minuten lang zeer goed te improviseren over allerlei, dienende tot eene opwekking tot kunstsmaak, vooral naar aanleiding van R.Hamerling “Aspasia”. Fraaije beschrijving van de Akropolis van Athene waarvan nog prachtige brokstukken in het Britsch Museum bewaard werden.

9 November 1876. Fokel hier met Katrina die naar de Waal was geweest.

12 November 1876. Het weder was toenemend ruw en koud, stormachtig, sneeuw. Het was echter niet mogelijk om de Bijbelgenootschapsvergadering af te zeggen. Tegen 6 uur kwamen dan ook Bakels en Boonacker en vrouw. [Aanwezig] 50 menschen en slechts zeer enkelen op wier aanwezigheid men prijs mocht stellen, zooals Jakob Roeper, Troll, Bakels, Katrina, Lize.
Daarna wij Bakels, Boonacker en ik vergadering in de Kerkekamer. Intusschen was het zoodanig begonnen te ijzelen, dat het onmogelijk bleek dat het drietal anders dan loopend naar de Waal zou kunnen terugkeeren, zooals zij dan ook te half 10 deden. Alles was met een gladde ijskorst overtogen.

13 November 1876. Ensing is sinds een paar dagen met Bok op reis.

17 November 1876. Menno wil redacteur zijn van een nieuw Geneeskundig tijdschrift. Ik sprak er nu over met Ensing, die ook een verzoek tot medewerking zou ontvangen. Ensing weidde breed uit over de bezwaren aan zulk een taak verbonden, vooral voor een jong medicus.

4 December 1876. Nutsvergadering. Zeer ongunstig weer. Voor een kleine vergadering hield Ensing een voordracht (ex tempore) over de groei der planten. Huizinga een stukje uit Meeters ’s Landswelvaren: “’t Haantje van de toren”. Daarna De Holl eene bijdrage uit de Almanak voor Blijgeestigen 1856?

1 February 1877. Boonacker en Lize hier des middags gegeten en ook des avonds. Wij met elkander van 8 tot 10 ure bij de Heer De Holl doorgebragt, met genoegen. Aldaar ook eenige tijd Ensing ontmoet.

8 February 1877. Des avonds naar Ensing, verjaardag.

1 Maart 1877. Bij Gerrit Keyser, lijdende aan eene afschuwelijke huidziekte. Met Doctor Ensing van daar naar mijn huis geloopen in druk gesprek over de beroeping van Van Arkel. Hij vaart hevig uit op De Holl en andere Modernen die tot die beroeping hadden meegwerkt. Hij noemt het onzedelijk alzoo zijn beginsel te verloochenen al was het ook zoo dat men, hoorende dat er voor Wieringa gewerkt werd, om dezen te keeren. Ensing wil zijn lidmaatschap der [hervormde] kerk opzeggen. Hij vraagt mij welke voorwaarden voor het lidmaatschap de Doopsgezinde Gemeente heeft en of er bezwaar zou zijn dat zijn dochtertje bij ons Godsdienstonderwijs ontving.

4 Maart 1877. Naar de Waal. Bakels bediende het Avondmaal (107 communicanten). Als Avondsmaalpreek die tot het gemoed moet spreken voldeed hij mij geheel niet.
Wij dronken koffij bij Bakels, aldaar Meester Boonakker. Later gesprek met Bakels over de verwarring aan den Burg over het beroep, ook over ’t geen ik met Ensing onlangs besproken had. Bakels zou er niet afkeerig van zijn om menschen als Ensing, Glijnis enz, als zij tot de Doopsgezinde Gemeente wilden overkomen, op attestatie als leden in te schrijven.

7 Maart 1877. Nutsvergadering. Ensing las nog een uitvoerig stuk voor van zijn vader over Aesthetica dat, hoe schoon op zich zelven, door de snelle onverstaanbare voordragt, verveelde.

9 Maart 1877. Doctor Ensing kwam, presenteerde loten van een Bewaarschool te Eindhoven, die ik meende niet te moeten nemen. Daarna nog langdurig gesprek over de domineesquaestie.

17 Maart 1877. Des avonds Katrina en ik met Bruno Bok en vrouw en Jane Dijksen bij Ensing feest gevierd ter herinnering aan zijn 10-jarig verblijf op Texel.

4 Mei 1877. Veel bezoek des avonds [ter gelegenheid van overkomst Sina en Koekebakker], [waaronder] Jet Ensing en later haar man.

6 Mei 1877. Koekbakker en Sina bij Ensing, hij zelf niet thuis.

9 Mei 1877. Jet Ensing hier.

13 Mei 1877. Het kind van Pieter A.Dijksen was bij Kuiper (verjaardagsfeest Kuiper 71 jaar oud) ziek geworden. Ensing daarbij gehaald.

18 Mei 1877. Des voormiddags Ensing even hier, [hij] vindt de wond van Katrina niet gevaarlijk, zooals zij had kunnen zijn wanneer een zenuwknoop geraakt was.

19 Mei 1877. Katrina tegen de avond naar Jet Ensing die verjaart.

30 Mei 1877. 30 Mei 1877. Onderging de oude Dirk Mantje te Nieuwe Diep den verschrikkelijken operatie van de wegsnijding van de Kanker in het gehemelte, die 4 vreeselijke uren duurde, door Haremaker, Ensing, de Chirurgijn-Majoor en een aantal helpers, te zamen 8 personen.

3 Juny 1877. [Huisinga 68 jaar] Bezoek onder anderen Jet Ensing en dochter. Des avonds Ensing.

7 Juny 1877. Bij Ensing, hij zelf niet thuis. Met Jet den tuin bezien. De ouders van Ensing zouden ook nog eens overkomen.
Jan Kalis zegt: “Voor Ensing was het toch wel gelijk wien men beriep, al zou het ook een rabijn wezen, daar hij toch nooit ter kerk kwam”.

14 July 1877. Op de stoomboot Zijlstra van Harlingen onder andere de Heer Ensing en vrouw als reisgenoten. Des avonds bezoek aan Ensing.

27 July 1877. Katrina en Manna en de kinderen met Margo Keyser naar Brakesteijn, aldaar ook de oude Heer Ensing en vrouw.
De oude Heer Ensing en vrouw hier bij ons thee gedronken.

29 July 1877. Jufvrouw Blom verhaalde van haar reis naar Amsterdam en haar consult met Professor Herz, dat voor haar zoontje Willem zoo ongunstig luidde. Hij zou in een vergevorderde graad van teering zijn, schoon de jongen vlug is en over hekken en slooten springt. Ensing oordeelde dan ook geheel anders.

30 July 1877. De vader van Ensing met familie was met den voerman J.C. Bakker naar Eijerland gereden. Bij aankomst op de plaats “Weltevreden” stortte plotseling de voerman dood bij de paarden neer. [Huizinga moest het aan de dochters aan den Burg vertellen, de vrouw was niet thuis] Ik te ruim 7 uur weder naar ‘t huis van Bakker, waar de vrouw met haar 2 schoonzoons van ‘t Nieuwe Diep nu was aangekomen, aandoenlijk tooneel aldaar in die woning vol jammer en geklaag.

31 July 1877. Des avonds krijgen wij, bij het schoone weder buiten zittende, bezoek van den ouden heer Ensing en vrouw en Jet en later Ensing zelf en Margo Keyser. Wij hadden een vrij geanimeerd gesprek, vooral met Ensing senior, over het wezen van een Godsdienstig mensch, waartoe Ensing senior boven alle dingen LIEFDE VOOR WAARHEID op elk gebied rekende. Ensing junior was op het laatst vrij vroolijk.

5 Augustus 1877. Menno overgekomen uit Harlingen met een pleizierboot, die van namiddag zou terugkeeren. Weldra kwamen De Holl, Ensing en Bolding hem verwelkomen.

20 Augustus 1877. Hedenavond wij, Dirk en Manna, Samuel, Katrina en ik op visite bij Ensing. [Zij] verhalen van hun reis naar Vlaardingen, Rotterdam, den Haag, Nijmegen, Amsterdam en wat zij daar al genoeglijks gezien en ondervonden hadden. Zijn practijk was in de 10 dagen van zijn afzijn waargenomen door de Officier van Gezondheid Corwen (met zijn vrouw ten huize van Ensing). Ensing betaalde 60 gulden hoofdelijke omslag.
De tafel bij Ensing was keurig ingerigt.

27 Augustus 1877. Des avonds Ensing hier.

4 September 1877. Des avonds Katrina en Manna bij De Holl en Ensing.

5 September 1877. 5 September 1877. Schoone dag. Veetentoonstelling aan den Burg in het Park. Het gansche dorp met vlaggen versierd. Van Eerde en schoonzuster en Habbema hier des morgens gekomen en des middags gegeten.Wij, ook de beide jongens Jakob en Johan, te 11 ure naar ’t Park, daar rondgewandeld, muzijk, fontein dezer dagen door Loman daar gesteld. Toespraak van Loman. Na het koffijdrinken wederom gewandeld.
Des namiddags de Harddraverij bij A. de Ruiter, die echter niet veel te betekenen had.
Des avonds het Park fraai verlicht, men zat gezellig bijeen.
Inmiddels hadden Manna en Katrina het druk met het pakken der koffers voor morgen. Zij beiden evenwel toch ook nog even in het Park geweest. Nicht Catharina vertoefde daar het langst met Bakels en vrouw en Boonacker en vrouw, waarbij zich ook Bok en Ensing en vrouwen voegden.

21 September 1877. Guurt en Ali [Koekebakker] bezoeken afgelegd, onder andere bij Ensing.

8 October 1877. De avond bragten wij met ons drieën zeer genoeglijk bij Ensing (op uitnoodiging) door met Bruno Bok en vrouw.

11 October 1877. Bij Dominee Post, zijn dochtertje Dora is sedert welligt 14 dagen zeer ziek en er is weinig hoop op haar behoud, hersenziekte. Gister 2 jaar oud geworden.
Algemeen is de deelneming. Ook Ensing gaf daarvan laatstleden maandag getuigenis. Elk die hem op ‘t Oude Schild ontmoet vraagt hem: “Hoe is het met Dora?”.
14 October 1877. Dora overleden. Bij Dominee Post vonden wij natuurlijk diepe droefheid. Zij waren vrij kalm. Groot was de deelneming van allen, ook en wel bijzonder van de dorpsgenoten. Hij liet mij de brief lezen, door Dirk hem gezonden, die van ‘t diepste medegevoel getuigde en door hem hoog gewaardeerd werd.

21 November 1877. Met Ensing had ik een gesprek over de noodzakelijheid van het uittreden uit de Nederlansch Hervormde Kerk. Hij noemde het een gewetensdwang.

3 December 1877. Krans bij Bakels aan de Waal. Met Bakels gesproken over ons al of niet deelnemen aan de Protestantenbond, die hier van de week zal worden opgerigt door Ensing en Loman. Bakels meent dat men dit nu wel eens aan de Gemeenteleden mag overlaten. Wanneer zij ons vragen kunnen wij altijd nog hulp verleenen.

13 January 1878. Naar de Waal. Groot gezelschap bij Bakels en vrouw. In de vooravond konden wij nog al genoeglijk zamen spreken. Later op de avond werd het rumoerig. Ik begon mij schrikkelijk te vervelen, en was hartelijk blijde toen ik buiten was en kwart voor 2 in mijn bed lag. Ik heb geen plan zulke gezelschappen verder bij te wonen, schoon anderen zich dapper vermaakten.
Ensing wist zich den volgenden dag van het gebeurde weinig te herinneren.

3 February 1878. Partij bij Bok, ook Ensing. Lize Boonacker bleef bij Ensing logeren.

5 February 1878. Lize Boonacker nog bij Ensing gelogeerd.

8 February 1878. Naar Ensing, hem gefeliciteerd met zijn verjaardag. Des avonds werd daar visite verwacht van Bok, De Holl, Bakels en vrouw, Boonacker. Ook Katrina ging daar heen (tot ‘s nachts 4 uur). Schrift.
Ensing zei ook dat de toestand hier, bij het opvoeren van den hoofdelijken omslag, die vooral voor ‘t schoolonderwijs hoog noodig was, wel eens ondraaglijk kon worden.

13 February 1878. Des avonds hield Bakels eene voordragt in de Kerk alhier waarbij hij aantoonde dat de Bijbel niet kon worden beschouwd als het Openbaringsboek van God. Het voldeed mij niet bijzonder. Ensing was ook niet voldaan.

19 February 1878. Stemming Gemeenteraad (ik stemde Doctor Ensing). Bij De Hool, [gesproken] over het lid worden zonder doop. Maar ons gesprek werd niet behoorlijk tot een einde gebragt doordien Ensing kwam met een partij recepten die klaar gemaakt moesten worden.

17 Maart 1878. Des avonds hadden wij visite van Bakels en vrouw, Boonacker, De Holl, Bok en vrouw, en Ensing en vrouw die tegen 2 uur eindigde. Door Bakels werd ik met de verjaring van Sina gelukgewenscht.
Ensing herdacht hoe wij verleden jaar op dezen dag zijn 10-jarige vestiging op Texel gedachten bij een feestavond te zijnen huize en zeide dat de aanvang van zijn eigenlijk leven naauw verbonden was met de familie Huizinga, eerst als student te Groningen, met Dirk, later hier op Texel met ons, zoodat hij door die familie eigenlijk geworden was, wat hij was.

30 Maart 1878. Terwijl Katrina bezig was om voor het middagmaal te zorgen, krgen wij bezoek van Ensing en vrouw, en kort daarna van Bok en vrouw. Druk gesprek over de toestand tusschen Rusland en Engeland. Tot aller verwondering trad Ensing op als verdediger van de partij van Engeland, terwijl vooral mevrouw Bok zeer heftig tegen hem ageerde.

17 April 1878. Ik verkouden. Ensing hier, schrijft mij pillen en drank voor.

22 April 1878. Ensing was hier vanmorgen weder geweest om mij andere medicijnen voor te schrijven, daar mijn hoest nog niet wijkt en ik overdag koortsig en zonder etenstrek ben. Ik moet nu poeders kinine en morphine gebruiken.

24 April 1878. Afscheidspartij Dominee Post van ’t Oude Schild, daar ook Ensing en vrouw. Ensing zelf was maar korten tijd zichtbaar.

25 April 1878. Bakels en Ensing in de late avond nog even hier. Ensing verbiedt mij om aanstaande zondag te Oosterend te prediken, waartegen ik sterk appelleer.

28 April 1878. Des morgens naar Oosterend, aldaar zonder eenige hinder gepreekt (Ensing had ‘t sterk afgeraden). Katrina naar de afscheidspreek van Post. Toen Post c.s. des namiddags te 3 uur vertrok was geheel Oude Schild op de been en aan de haven.

30 April 1878. Bij De Holl, Ensing aldaar. Hij was van namiddag hier geweest. Mij hoest wordt erger. Ik moest wat morphine daategen innemen.

2 Juny 1878. Des namiddags Bakels en vrouw en 3 kinderen hier om mij te verwelkomen (na de reis naar Groningen). Des avonds Ensing en vrouw.

3 Juny 1878. Verjaardag, des avonds Ensing en vrouw. Later Bakels, zijne vrouw had zich vanmiddag vrij wat in het aangezigt gebrand.

8 Juny 1878. Tegen de avond Ensing hier om te vragen om berigten over Dirk. Zijn plan om met Bakels op reis te gaan (naar Parijs?) heeft hij thans opgegeven. Hij gaat thans eerlang naar de Vergadering te Dordrecht.

19 Juny 1878. Ensing bragt zijn zwager Kikkert en vrouw, die een paar dagen bij hem waren, terug naar ’t Oude Schild.

3 July 1878. Jaap de Brander (Boon) had zijne 70-jarigen broeder, van wien hij meent te kunnen erven, op koffij met koek getracteerd die scheen vergiftigd te zijn want de oude man was terstond kwalijk geworden en gestorven. Daar Loman en Ensing op reis zijn moest nu de wethouder Simon Keyser die zaak onderzoeken met Stiggelbout, die echter uitwendig geene vergiftiging kan constateren. Tot opening van het ligchaam moest eerst een geregtelijk bevel gegeven worden. Daarom wordt morgen de Officier van Justitie verwacht.
7 July 1878. Men schijnt geen reden gevonden te hebben om Jaap den Brander te arresteren toen het Geregt uit Alkmaar hier was met 2 doctoren, schoon deze vergiftiging constateerden.

3 July 1878. Bakels hier koffij gedronken. Hij verhaalt van hetgeen hij l.l. zondagavond na zijn te huis komen van den Burg, laatste kermisavond, wedervaren had. Des avonds tusschen 11 en 12 uur was er op straat voor zijn huis een hevige vechtpartij tusschen een aantal beschonken Duitsche grasmaaijers. Eén bleef met een zware mesverwonding aan wang en onderkaak in zijn bloed liggen of strompelde vervolgens naar de schuur in de nabijheid waar hij met anderen nachtverblijf zou houden.
Bakels beklaagde zich dat hij niet op de inval was gekomen om hen door een frissche waterstraal met zijn spuit te scheiden. Nu ging hij het slagtoffer in de schuur opzoeken (met Fokel) en zag de wijd gapende wonde en de bloedplassen. Hij bragt de noodige hulp aan met afwassen en pluksel inleggen, terwijl inmiddels om Ensing was gezonden. De bode had den Doctor niet te huis gevonden.
’t Was 2 uur ’s nachts toen Ensing kwam die de gescheiden deelen aan een naaide en voorts aan Bakels de noodige instructies gaf voor de verdere behandeling wijl hij den volgende dag op reis moest gaan.
Sedert hadden Bakels en vrouw hem dan ook met alle zorgen behandeld, terwijl de broeder van de verwondde die te Berlijn oppasser in een Hospitaal was geweest mede allen bijstand bood. Ook de ingezetenen van de Waal betoonden alle mogelijke hulp, een bed, spijzen en verkwikking, zoodat het duidelijk bleek dat de menschen -ook die streng orthodoxe lui, nog zoo kwaad niet waren.
Gisteravond had Bakels den dader bij zich gehad die wel niet WIST, wegens zijne dronkenschap, dat hij de dader was, maar het toch wel erkennen moest en er diepe spijt van had. Hij teekende en verklaring dat hij daarom aan de verwondde en diens broeder het gemis van arbeidsloon en de hulp van den Doctor vergoeden zou bij het ontvangen van zijn eigen verdiend loon.
Zij smeekten om de zaak niet aan het Geregt aan te geven, en het niet te schrijven naar de heimath-orthe in Hannover. Bakels en Boonakker hadden ernstig tegen het drankmisbruik gewaarschuwd. Zij zouden hun best doen tegen de Geregtelijke vervolging weshalve Bakels dan nu ook aan den Burg was gekomen en een briefje geschreven had aan den Officier van Justitie als die morgen op Texel kwam en het proces verbaal van de Veldwachter in handen kreeg.
7 July 1878. De gewonde grasmaaijer aan de Waal betert mooi.

2 Augustus 1878. Ensing hier.

22 Augustus 1878. Visite bij Boonacker, ook Bakels, vrouw, moeder en zuster Mina. Bengaalsch vuur in de tuin. Wij Samuel, Dolfina, Katrina en ik met Ensing en vrouw en Van Eerde teruggewandeld.

27 Augustus 1878. Bakels en Boonacker doen vandaag met gezelschap van Ensing , Simon Keyser enz. met de stoomboot Ada een reisje naar Vlieland en Terschelling. Bakels blijft daar om scholen te bezoeken.

10 September 1878. Landbouwlezing van den Heer Sluijs van de Beemster gehoord met Ensing, Bakels en Loman.

16 September 1878. [Dominee Post logeert bij Ensing] Post hier te 11 uur. Wij zetten de gesprekken voort ten huize van Doctor Ensing, waar wij ook (Katrina en ik en Boonacker) zouden koffij drinken te 12 uur. Post vertrok met Ensing te kwart over 2, eerst nog het graf van Dora bezoeken, dan naar ’t Oude Schild.

29 September 1868. [Huizinga lusteloos] Ensing des avonds hier. Hij is gister van een bezoekreis naar Enkhuizen teruggekeerd. Binnen 8 dagen moet hij beslissen of hij gaat. Vermoedelijk wel, daar de plaats hem 1500 gulden vast inkomen belooft en hij 1000 gulden niet hoeft uit te geven voor rijtuig. Wij wenschen dat hij blijft.

1 October 1878. Des avonds Ensing bij mij op de studeerkamer.

4 October 1878. Gister Bakels jarig. Katrina naar de Waal geweest.
Bakels vanmorgen hier. Weldra ook Ensing en Loman. Raadsvergadering wijl er verschillende adressen waren binnengekomen om Ensing niet naar Enkhuizen te laten vertrekken. Vóór den afloop der zitting liet Ensing daar de mededeeling doen dat hij besloten had om te blijven. Dankbetuiging daarvoor werd afgestemd, wat Ensing zeer lomp vond. Wij verheugen ons intusschen dat hij blijft. Zijn vrienden willen dat met een stoffelijk blijk betoonen. Daartoe zal Bakels vanavond met vele anderen eene conferentie hebben bij Sijbrand T. Keyser.

4 October 1878. (Samenvatting Ali) Verschillende adressen zijn ingekomen, verzoekende dat men alle middelen mogt aanwenden om Ensing niet naar Enkhuizen te laten vertrekken. Hij besloot te blijven. Nu wilden sommigen dat de Raad een dankbetuiging daarvoor aan hem zou zenden, doch dit werd afgestemd, wat Ensing zeer lomp vond.

12 October 1878. Mijn toestand blijft ongeveer dezelfde, weinig lust tot werken en tot eten. Ensing heeft gistermiddag nog pillen voorgeschreven.

18 October 1878. Des voormiddag Fokel hier die vandaag bij Ensing zal zijn.

19 October 1878. Bakels zendt mij een briefkaart uit Haarlem dat hij morgen voor mij komt preeken en des avonds is hij werkelijk daar (Fokel haalt hem af) doch ik kan niet besluiten mijne predikbeurt aan hem af te staan, wijl ik dat volstrekt niet verlangd heb (hij dacht dat een zekere schroom mij weerhield en dat ik het wel best zou vinden als hij er eerst maar eens was). Ik geloof dat hij vrij wat teleurgesteld naar de Waal trok. Het spreekt van zelf dat ik niet na liet op alle wijzen mijne dank voor zijn betoonde welwillendheid te betuigen. Omtrent het doel van eene reize naar den Haag is hij zeer geheimzinnig. Alleen Ensing die hier ook was scheen in zijn vertrouwen te deelen.

21 October 1878. Des avonds Habbema en Fokel hier van de Waal om met Katrina naar de Nutsvergadering te gaan waar Ensing eene rede houdt over Voltaire, wat nog al goed voldoet. Habbema en Fokel hier des avonds boterham gegeten.

10 December 1878. Naar ’t Raadhuis om te zien het geschenk voor Doctor Ensing, voor 305 gulden aangekocht die bijeengebragt waren door de ingezetenen die verheugd waren dat hij niet naar Enkhuizen was gegaan. Het was een kistje met 12 paar zilver (lepels en vorken voor dessert) en een album met de namen der gevers en een fraaije boekenkast. Morgen zal het geschenk aan Ensing gegeven worden op ’t Raadhuis. Bakels schijnt daarbij de toespraak te moeten doen.

20 December 1878. Katrina vanmiddag naar de Waal, teruggereden met Bakels die zijn zuster Let van de boot zou halen.
Dominee Peauk van Haarlem zou morgen met Ensing een togt maken naar Oosterend en dan bij Bakels even in keeren [hield lezing voor de Protestantenbond in de Lindeboom].

5 January 1878. Des voormiddags Jet Ensing bij ons met Nieuwjaarswensch, is zeer ingenomen met de ontvangen geschenken van de burgerij (boekenkast enz).

3 February 1879. Vanmorgen met Katrina naar de Waal gewandeld. Even bij Bakels die vannacht gewaakt had bij Reinier die het erg in de keel had. Ensing had gezegd dat de toestand wel niet gevaarlijk maar toch zorgelijk was.

8 February 1879. Ensing jarig. Katrina even daarheen.

14 April 1879. Ensing hier, blijft een geruimen tijd praten. Hij was in 5 jaar niet in Groningen geweest, wist niets meer van ‘t geen daar voorviel. Hij scheen bijkans tegen Groningen te zijn.
Hij spreekt van een nieuw instrument dat hij zich had aangeschaft, waarmede hij hoopte ook den blaas van binnen te kunnen reinigen, wat hij nu met zijn beklagelijke patiënt Koopman te Oude Schild, die dag en nacht onlijdelijke pijnen leed vanwege moeijelijkheden in het urineren, beproeven zou.

18 Mei 1879. Bij de familie [van] Albert Keyser. Trijntje nu weder zeer wel, doch zwak. [Zij] gaat dagelijks naar Ensing naar de luchtdrukmachine, wier werking haar heilzaam blijkt te zijn.

19 Mei 1879. Naar Ensing. Jet is jarig. Niemand te huis.
[Later] naar Ensing. Hij liet mij de veranderde inrigting van zijn huis (studeerkamer verplaatst) zien en zijn tuin.

26 Mei 1879. De vrouw van Teunis Visser van den Hoorn verhaalt van het langdurig lijden haars mans nu na alle vergeefsche pogingen van Haremaker, Hellema, Ensing, door de medicamenten van Doctor Hoekstra van Schagen beterende van zijne benauwdheden en diarrhea.

10 Juny 1879. Sijbrand P. Keyser vond nergens genezing (voor zijn waterbreuk) tot dat Ensing voor een paar jaar een nieuw middelvoorschreef en met het besten gevolg.

20 Juny 1879. De Holl en Ensing hier, die vanmorgen een uurlang zich tevergeefs vermoeid hadden om een kind eene erwt uit de neus te halen. Des namiddags Menno naar Ensing.

1 July 1879. Boetje des voormiddags naar de Waal, Katrina en ik later derwaarts om met Habbema den dag bij Bakels door te brengen, aldaar met Ensing koffij gedronken.
Nog vóór het middagmaal rigtte Bakels het woord tot mij bij gelegenheid of naar aanleiding van ons aanstaand vertrek van Texel en sprak zeer hartelijke en gevoelvolle woorden tot dankzegging vooral van datgene wat wij nu zoo vele jaren voor hem en de zijnen geweest waren, onder toewenschen van alle zegen op onze toekomst. Een stoffelijk bewijs van zijn verlangen om in onze herinnering te blijven stelde hij ons toen ter hand: in een fraaijen houten courantenhouder, of hoe men het noemen mag, in welks midden hij een door hem gister vervaardigde teekening had aangebragt van het uitzicht het welk ik heb van mijn plaats op de studeerkamer, en vereerde tevens aan Katrina een hoekhanger van hout. Ik was door dit blijk van genegenheid zeer getroffen en antwoordde met hartelijke dankzegging. Wij bragten voorts den dag zeer genoeglijk door.

3 July 1879. Trijntje Nans Eelman bevallen, de hulp van Doctor Ensing haar vanmiddag nog even bijtijds toegestaan door de kerkeraad op ontvangst van een briefje van Doctor Ensing volgens afspraak van mij met Jantje de Vogel die hier vanmiddag den bitteren nood kwam klagen.

7 July 1879. Ensing hier om Katrina te feliciteren, die echter uitgegaan was naar Oosterend om de vrouw van Van Elk zoo mogelijk door toespraak op te beuren (om het ongunstige weder bragt zij het echter slechts tot de Waal). Ensing kwam tevens afscheid nemen daar hij a.s. woensdag met Bakels en Stoffel op reis denkt te gaan naar het buitenland.

9 July 1879. Bakels des morgens even hier. Hij wilde vandaag op reis gaan naar het buitenland met Ensing, doch moest het nog althans één dag uitstellen om de ziekte van Gerbrig Daalder, vrouw van Klaas Langeveld, waarvan de dodelijke afloop spoedig werd tegemoet gezien.

10 July 1879. Bakels des middags hier nu gereed om met Ensing op reis te gaan (de vrouw van Daalder is stervende en weldra kwam het doodsberigt).

20 July 1879. Gister of eergister was de Heer Haremaker, Doctor bij de Marine en tegenwoordig plaatsvervanger van Ensing, die met Bakels op reis is, hier.

25 July 1879. Bij Ensing, hij zelf wordt morgenavond van zijn reis naar Duitschland terug verwacht. Aldaar Doctor Haremaker, zijn plaatsvervanger.

27 July 1879. Bakels en Boonacker hier. Gisteravond kwamen zij aan de Waal. De eerste van zijn Duitsche reis waartoe hij met Ensing en Stoffel 17 dagen besteedde. Boonacker kwam van Leijden om een dag of wat bij Bakels te logeeren. Fokel ook hier.

31 July 1879. Trijntje Nans Eelman bevallen. De hulp van Doctor Ensing haar vanmiddag nog bijtijds toegestaan door de Kerkeraad, op ontvangst van een briefje van Doctor Ensing, volgens afspraak van mij met Jantje de Vogel, die hier vanmiddag den bitteren nood kwam klagen.

3 Augustus 1879. De kleine Catharina kwam mij van de studeerkamer roepen tot het middagmaal, waarbij zij van de trappen viel en zich vrij wat bezeerde. Des avonds klaagde zij zeer over oorpijn, zoo dat Samuel door Ko Doctor Ensing deed roepen, die echter geruststellende verzekeringen gaf. Heden was zij weer goed in orde.

3 Juny 1880. Groningen. Brief van Ensing (verjaardag).

7 February 1881. Groningen. Briefkaart aan Ensing Texel [felicitatie].

16 Mei 1881. Texel. Ensing en vrouw zijn hier geweest toen wij nog niet te huis waren.

17 Mei 1881. Texel. Jet Ensing hier om ons te noodigen op een avond. De familie Bakels en Ensing zagen elkander in den laatsten tijd geheel niet. Fokel neemt Jet terzijde en doet een poging om alles weer in orde te brengen, wijl er volstrekt geen reden voor de verwijdering scheen te bestaan schijnt dit te lukken.

19 Mei 1881. Texel. Wij, Fokel, Katrina en ik naar Ensing ter verjaring van Jet. Beiden ontvingen ons zeer vriendelijk. Ensing heeft nu de practijk over geheel oud Texel (met Stiggelbout). Te Cocksdorp heeft men een Doctor Van Boven, die dacht weer te vertrekken. Ensing liet mij zijne nu in de voorkamer ingerigte studeerkamer zien (doorsnede van het menschelijk ligchaam in bevroren toestand, zoo ook van deszelfs deelen), voorts nieuwe instrumenten, zoo als een waarmede hij terstond kon bepalen welk soort bril iemand behoefde, in de vorm van een sigarenkoker, kostende 27 gulden, voorts een soort van fontein met slang om geneesmiddelen in het ligchaam te brengen. Zijn inhalatietoestel beviel hem uitnemend.
Des avonds naar De Holl, weldra ook Katrina en Bakels en Fokel, genoeglijk, heerlijk souper.

20 Mei 1881. Texel. Ik te 4 ure naar Ensing, aldaar was reeds Katrina. Ik [heb] eerst wat uitgerust. Wij daarna het middagmaal gebruikt met veel genoegen.

12 September 1881. Groningen. Brief ontvangen van August Keyser. De niet-verkiezing van Westenberg als wethouder had veel sensatie veroorzaakt. Ensings optreden in de Raad was als een oorlogsverklaring geweest.

26 April 1882. Groningen. Heden morgen werden wij verrast door een bezoek van Doctor Ensing van Texel met zijn dochter, met zijn vrouw gister aangekomen om morgen ‘t 40-jarig huwelijk der ouders te vieren, feestelijk diner in de Doelen.
27 April 1882. Des namiddags Katrina en ik den Heer Ensing en vrouw gefeliciteerd. Aldaar de Heer P. Kikkert en vrouw en 3 kinderen (uit Vlaardingen).

24 July 1882. Troll hier bezoek gebragt, klaagt over de altijd voortdurende kibbelarijen op Texel. Ensing staat aan ‘t hoofd van een club, Dominee Boon behoorde daar vroeger ook toe, die het materialisme ten toon wil heffen, tegenover Bakels c.s. Troll meende dat men Ensing niet ongaarne zou zien heengaan, als maar in de behoefte aan geneeskundige hulp genoegzaam kon worden voorzien.

12 December 1882. Brief van mevrouw Bakels. Ensing stelt zich scherp tegenover Bakels. Er is veel op Texel, wat niet verblijden kan.

28 January 1883. ‘s Namiddags P. Kuiper en J. Bakker hier thee gedronken. Veel gesprek over Texel. Ensing vertrekt 1 September naar Schagen en zal hoogstwaarschijnlijk door J. Timmer vervangen worden.


Terug naar de vorige bladzij